Dat zit namelijk in de kelder van het huis hiernaast en er kan een stuk van de wand weggehaald worden. De mannen van mijn afdeling is dat nooit opgevallen, maar rechercheur Bogaers zag al vrij gauw dat de kelder breder was dan het huis en dat de tussenmuur van heel andere steen gemetseld was dan de gebruikelijke. Hij heeft ervaring met bouwen.’
‘Jaaa,’ zei Poot, ‘dat is een prima jongen, Bogaers.’
‘En ten tweede hebben we nog een man gevonden, in de kelder, die cowboy zoals meneer Lemming had gezegd. Hij is wél dood. Hij lag voorover op de grond naast het bed. Hij is van zeer dichtbij loodrecht in het achterhoofd geschoten. Dat is alles.’
‘Bel het bureau om assistentie. Haal Bogaers en die ander, hoe heet die ook weer...’
‘Veldkamp, commissaris.’ ‘Veldkamp en laat ze Van de Terpen naar het hoofdbureau brengen. Dan regelen wij hier de inbeslagneming. He! Ik neem graag een paar minuten van onze kostbare diensttijd om me eens heerlijk in mijn eerbaarheid te laten aanstoten, door elk lid van artikel 240.’
‘U spoort Doller toch wel op, commissaris?’ vroeg Floor, op vrij dringende toon. - ‘Op het moment dat u de deur uitgaat zitten wij al aan de telefoon.’ Poot lachte er een beetje bij.
‘Misschien heb ik nog wel een idee,’ zei Floor. ‘Als u in de krant laat zetten hoe droevig en zielig meneer Lemming door haar weggaan is, komt Laura wellicht uit zichzelf teruggesneld.’
Ook Poot vond het aardig en knikte waarderend naar Floor.
Ik voelde dat ik drie dagen niet gegeten had en dat ik me voelde alsof ik dertien jaar niet gegeten had. Toen ik de deur achter me dichtsloeg gingen juist alle straatlantaarns aan. Op de plaats waar ik vanmiddag in de Taunus was gestapt stond nu een bakfiets met oude metalen. Daarnaast een veel te geel Fiatbusje.