zijn helm, zijn kuras, zijn beenstukken... En voordat iemand precies begreep wat hem bezielde, lagen alle onderdelen van het harnas kriskras door elkaar op de grond.
De koe knipperde verschrikt met haar ogen. ‘Herepietje,’ riep ze, ‘daar staat hij zomaar, in zijn blauwwollen pyama!’
‘Ja...’ hijgde de baron, nog buiten adem. ‘Pardon... Excuseer mijn toilet...’ Toen keek hij weer, schichtig, naar de schoorsteenmantel. En de witte muis, die veel begrip en mensenkennis had, voelde de situatie zuiver aan. Het kan ook intuïtie zijn geweest, of een kwaad geweten omdat hij van de boter had gesnoept, in elk geval, hij gaf - ongevraagd - zijn erewoord uit de buurt van de baron te zullen blijven. Hij hief zelfs een poot omhoog. ‘Dat verklaar en beloof ik!’
‘Merci,’ knikte de baron. ‘Gentleman's agreement’, en hij glimlachte...
Een magere wolf, die zich pas later bij het gezelschap had aangesloten, keek door het raam en huilde van plezier omdat de baron zo'n gezellig dik mannetje bleek te zijn. En Jock, van zijn verbazing bekomen, rende naar de deur om die te sluiten, maar het gezellige dikke mannetje riep: ‘Laat open die deur! Schuif de ramen op! Het is hier om te stikken...!’
De magere wolf in de vensterbank keek geërgerd. ‘Die weet ook niet wat hij wil... Ik zou hem nu niet eens meer lusten. Ik let niet alleen op dikte, maar ook op karakter...’
‘Het is hier om te stikken!’ riep de baron nog eens. ‘Nu weet ik, dat mijn harnas niet de kou heeft tegen-