heid betreft leek hij wat op Dolle Dorus. Maar Hans II was een té veranderlijke figuur. Zijn leven hing van hinken en aarzelen aan elkaar, en het was vooral juist Dolle Dorus, die van 's konings besluiteloosheid bij tijden aardig misbruik wist te maken.
Met dat al was Hans II geen slechte man; de eigenlijke gesels van het land waren Dolle Dorus én de Kristallen Dame, aan wier bestaan Marlotje nog altijd - tegen beter weten in - zeide niet te geloven. Maar wat Marlotje zei of niet zei, deed er helaas niet veel toe; de Kristallen Dame oefende al eeuwenlang een vreselijke macht uit over het volk, een macht die indertijd nog vergroot was door een pact, dat een vroegere koning, Dirk de Dunne, gedwongen was geweest met haar te sluiten.
Dolle Dorus was een roverhoofdman, en de Kristallen Dame was een spook, maar Hans II was alleen maar een koning, die er net zo goed niet kon zijn als wel. Hij had geen kwaad hart, onverbiddelijk was hij alleen waar het de spiegelsmokkelarij betrof.
Niet dat hij begreep waaróm spiegels verboden waren in zijn land. Nog nooit had hij daarover gepiekerd. Hij wist alleen, dat het een oude en strenge traditie was en in de grond van de zaak was Hans II conservatief. Hem was geleerd, dat spiegels gevaarlijk waren voor het volk, en dus wáren ze gevaarlijk voor het volk en werden geweerd.
Maar al meende de koning voldoende aan zijn kijkjonkers te hebben, toch was hij wel eens nieuwsgierig naar die verboden stukken glas...
En nu wás er zo'n stuk glas in het land... Wanneer