De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Aart van der Leeuw

[p. 171]

E 23

briefkaart zonder gedrukt briefhoofd

poststempel:

Golders Green, N.W.11

7.30 PM

9 DEC

1929

Mr. Aart van der Leeuw

Westeinde 140

Voorburg.

Holland

Beste v.d. Leeuw, Hart. dank voor je verhaal, maar ik kan het pas lezen, wanneer de eerste afl. de deur uit is. Je stuk over Traherne⁴⁰⁰ heb ik met bijzonder pleizier herlezen. Daar ben ik erg mee in mijn schik! Mijn opmerking over die Duitsche mystici was juist de voornaamste geweest, maar ik heb haar nb. vergeten. Ik zelf denk bij het woord mystici volstrekt niet minder aan de Spaansche dan aan de Duitsche. Op de eerste bladz. heb ik de exclamatie over het proza, begin alinea, in een gewoon zinnetje veranderd. Als jij het eigenwijs vindt, schrap je 't maar weer. Ik vond dit soberder. Maar nog eens: dank voor 't artikel, waarvan je de proef misschien al hebt. De Inleiding met Prosp. ontvang je over een paar dagen, denk ik. Hart. groeten, en als je wat hebt, schrijf je maar. Zet op de proef, of schrijf mij, hoeveel losse vellen je wenscht. Ik zie de revisie. Hart.gr. ook aan je vrouw

je vEyck

400 Onder de door Van Eyck voorgestelde titel, Thomas Traherne: een Voortrekker naar het aardsch Geluk, is het stuk opgenomen in het eerste nummer van Leiding, p. 24-40 en herdrukt in Verspreid proza .