De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Aart van der Leeuw
(1973)–P.N. van Eyck, Aart van der Leeuw– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 168]
| |
L 30Voorburg 18 November '29
Beste vanEyck Dank je voor je brief met al het bijbehooren. Ten eerste het vers.Ga naar voetnoot395 Wat keurig heeft je zoontje dat gedaan. Wie weet of daar niet een beroemde private press uit groeit. Ook het vers zelf is heel mooi, bizonder ook de twee laatste regels. Iets stoorde in het eerste couplet de twee ‘zijn’s onder elkaar ‘zijn handen’ en ‘zijn plotseling’, misschien de handen beter, de twee ‘de’s hinderen niet zoo. Maar verder weer een warm mooi gedicht. Ook de gehoorinstrument prospectussen lazen [w]e met aandacht door. Ik ga er nu zeker toe over. Maar ik ga eerst nog een prof. (Zwaardemaker in Utrecht)Ga naar voetnoot396 raadplegen, om te weten wat voor mijn soort doofheid het geschiktste apparaat is. Dat schijnt verschillend te zijn, maar wat je er van hoort schijnt alles van Siemens en Halske wel het beste te zijn. Het zou heerlijk zijn om weer andere dan zelf gespeelde muziek te kunnen hooren. Voor viool bestaat er dunkt me niets mooiers dan de oud-Italianen za. Corelli Vivaldi Veracini enz., maar je gaat je daar te veel op vastzetten. Ik zal je schrijven als ik met een sonomax of midget fortiphone voorzien ben. Ik vind je voorgestelde veranderingen in mijn Traherne stuk best, ook de titel. Ook die weglating van pantheistisch. Ik ben zelf een groot vereerder van Spinoza, om van Goethe dan nog niet te spreken, maar op dat oogenblik dacht ik uitsluitend aan Walt WhitmanGa naar voetnoot397 en zijn navolgers: Niets is dat niet goddelijk is
Daarom wil ik niets uitzonderenGa naar voetnoot398
| |
[pagina 169]
| |
Bladzijde uit de bundel ‘Herwaarts’ (1939)
door P.N. van Eyck met potloodaantekeningen door de dichter
| |
[pagina 170]
| |
en je krijgt dan tenslotte het boordeknoopje van een kelner te genieten. Het is oo[k]een feit dat er altijd een beetje van de misbruiken die in naam van een begrip gemaakt worden, op dat begrip zelf terugvalt, bv. ook bij Christelijk. Maar ik geef je toe dat dit oppervlakkig is, en ik juich dus de doorschrapping toe. Is het je misschien ook opgevallen dat ik zeg ‘want niet alleen zijn het de Duitsche mystici...’ Is dat wel duidelijk? In de eerste plaats bedoel ik de middeleeuwsche, want anders zou je natuurlijk kunnen zeggen ‘en de Spaansche?’ maar in de Middeleeuwen had je ook Ruusbroek, [S]aint Bernard, de monniken van Saint Victor etc. Toch heeft iemand die van Middeleeuwsche mystiek spreekt alleen den groep Eckhart Tauler Seuse Mechtild op het oog. Hinderde het je niet dan kan het blijven staan. Een jaar of wat geleden was ik het nog heelemaal eens met den grens die Traherne trok, ook ik beschouwde het maatschappelijk deel van mijn bestaan volkomen als niet zijnde, en daarom ook voor mijn kunst niet te gebruiken. Toen zag ik een film. Nu ben ik heelemaal niet gesteld op filmen, die ik zag kan ik zoowat op mijn tien vingers aftellen. Zelfs van Chaplin had ik nog nooit iets gezien. Toen werd ik toevallig voor ‘Circus’ van Chaplin gezet. Dat trof me geweldig. Zoo'n schepping rechtvaardigt het heele bestaan van de cino. Bovendien herkende ik een stuk van mezelf en begreep ik dat ook van het schutterig door de samenleving rondstumperen iets schoons is te maken.Ga naar voetnoot399 In ‘Opdracht’ is het dan ook niet alléen de droom die verbeeld wordt maar ook dat, wat door Traherne de schijnwereld wordt genoemd. Ik ben verbazend verlangend om nog meer van Chaplin te zien, maar na Circus is hier nooit meer een reprise van vorig werk gegeven. Voel je ook voor hem? Ik begrijp dat je het druk hebt, met het in orde brengen van je eerste nummer, toch is het een prettige drukte en wordt er een wensch van jaren door vervuld. Zal het een tweemaandelijksch tijdschrift wezen? De Duitsche prospectus stuur ik hierbij terug. Aan mevr. Huszar heb ik je boodschap over gebracht. Ons beider hartelijke groeten ook aan je vrouw
je AartvdL |
|