De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd357. P.N. van Eyck aan Albert Verwey, 21 februari 1918Driebergen, 21 Febr. '18
Zeergeachte Heer, De voorwaarden die Brusse mij voorlegde waren: afstand van auteursrecht en de helft der winst. Ik heb toen een 8-tal* inperkende bepalingen gemaakt, die hij dadelijk geaccepteerd heeft De afstand bleef principieel gehandhaafd, omdat hij de eenige zekerheid van de uitgever is voor bestendigheid der schrijvers:
| |||||||||||||||
[pagina 200]
| |||||||||||||||
‘De onafhankelijke vrouw’ van Mientje, waarover ze ook al verscheiden malen sprak, is inderdaad de merkwaardige bevestiging van haar essentieele afhankelijkheid, want dat ideaal heeft zij van en door voorbeeld van Hilde. Nine is koppig en wenscht de betuiging van spijt geen duimbreed uittebreiden buiten de spijt over een drift en tant que drift. Hilde heeft de betuiging zonder eenige appreciatie aanvaard. Het was mij alleen erg tegengevallen dat Nine aan Hilde niets geschreven heeft naar aanleiding van de dood van Hilde's moeder. De laatste vertelde mij nu van morgen, dat Nine haar onderweg heeft aangesproken, deelneming betuigd heeft maar op de meest geforceerde en ijzige manier. Enfin, zei ik tegen Hilde, Nine is een Friesche en je moet het feit zwaarder laten wegen dan het hoe. Nelly en ik liepen verleden week te wandelen over de hei, toen wij Hilde zagen. Ze wou zich eerst goed houden, maar kreeg toen plotseling een zenuwtoeval, viel op de grond en begon op schreeuwen af te snikken. Nelly schrok vreeselijk en ik van zelf in het eerste oogenblik meer over Nelly's schrik, in deze toestand, dan over Hilde. Het duurde een tijdje vóór we wisten dat haar moeder gestorven is. Dat ze niet goed met haar was, verergerde de zaak natuurlijk. Wij hebben haar meegenomen, zij heeft bij ons gegeten en is gebleven. Daarna nog een paar avonden en zij is nu gelukkig weer kalmer. Onze verhouding wordt, geloof ik, telkens vriendschappelijker en dat doet mij pleizier. Hilde behoort niet tot de menschen die mij aanvankelijk kunnen innemen, en ik apprecieer het dus des te meer dat wij de aanvangsmoeilijkheden te boven gekomen zijn. Ik heb aan haar natuurlijk van de drie dames ook het meeste. Wij hebben veel gemeen.* En zij leest en heeft om haar directe belangstelling veel wijdere grenzen dan Nine die niet leest en zeer voelbare grenzen om haar directe belangstelling heeft. Juist daardoor echter krijgt Nine iets heel oorspronkelijks en rechtlijnigs in haar persoonlijkheid, dat aan haar wat bijzondere aantrekkelijkheden geeft. Ik ben heel benieuwd naar Hilde's | |||||||||||||||
[pagina 201]
| |||||||||||||||
ideologische roman, die op 15 blz. na klaar is.Ga naar voetnoot495 Hartelijke groeten van mij en Nelly, ook aan Mevrouw en de kinderen Uw PNvE
* Ik heb nog nooit een vriend gehad, die mijn intenties ook zoo goed begrijpt, omdat ze globaal genomen met de hare overeenkomen. Dat is wel iets om te waardeeren als een aanwinst voor me. |
|