De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd347. P.N. van Eyck aan Albert Verwey, 16 januari 1918Ga naar voetnoot479Driebergen, 16 Januari '18
Hooggeachte Heer, Ik kom hier met een tweede stuk over Scharten, nu naar aanleiding van het bij de W.B.verschenen nieuwe boek ‘De Roeping der Kunst’. Wanneer U 't gelezen hebt, zult U de bestaansreden van dit tweede stuk erkennen. Is in de eerste algemeener over ‘U en ons in De Beweging’ gesproken, in dit tweede spreek ik veel specialer over twee samenhangende hoofdkwesties. Ik zag het boek in Den Haag, waar ik drie dagen was om te vouwen. Mocht U 't ontvangen hebben, dan zult U mij er veel genoegen mee doen, want ik heb het nog niet heelemaal gelezen, wel doorgezien. Mocht de kritische bijdrage tegroot zijn, dan zoudt U misschien de twee Schartenstukjes en de twee roman-stukjes over 2 afleveringen kunnen verdeelen, maar dan geef ik de voorkeur aan het éérst drukken van de Scharten-stukjes (wanneer U ten minste dit laatste aanvaardt.) Het is toch eigenlijk wel bar dat de W.B. zulke dikke bundels met gewone kritiekjes uitgeeft, maar bang is met een boek besprekingen van wereldfiguren aan te komen Zij kon wel wat paedagogischer werken. Ik heb in lang niets van U gehoord. Misschien is dit stukje een aanleiding. Hartelijke groeten ook namens Nelly aan Uw heele familie, U in begrepen, van Uw PN.vanEyck |
|