De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd345. Albert Verwey aan P.N. van Eyck, 5 januari 1918Noordwijk/Zee, 5 Jan. 18
Beste Van Eyck, Ik had je na de lezing van je twee eerste besprekingen - Couperus en Van Genderen Stort - al dadelijk kunnen schrijven dat je geschiktheid voor dit soort werk me verrastte[sic]. Ik deed het niet en heb nu het voordeel dat ik drie vliegen in één klap kan slaan. Je gedicht is de reeks komen vergrooten en je afstraffing van Scharten is aan de twee besprekingen toegevoegd. Je hebt gelijk dat die afrekening niet uit kon blijven. Vroeger en later heb ik alle aanvallen over mijn kant laten gaan, dikwijls stellig tot mijn schade. Maar het verweer hoorde zoo weinig bij mijn houding en ik rekende zoo vast erop tenslotte door de werkelijkheid zelf in het gelijk te worden gesteld dat ik zelfs zoo lang ik kon anderen van polemiek heb teruggehouden en bij verschillende gelegenheden opzettelijk de Beweging ervoor gesloten hield. Toch maakte ik in mijn gedachten één uitzondering. Als er iemand was die er het talent voor had, die eraan kon toegeven zonder zichzelf te schaden, en die in het beginsel van de Beweging zoo was doorgedrongen dat hij tot in het afgelegenste van daaruit zijn slagen richten kon, - dan, vond ik, mocht ik geen bezwaar maken. In jouw geval is dat zoo. Niet alleen deze laatste besprekingen, maar al je beoordeelingen, kortere en langere, van het laatste halfjaar - ook je stuk over PlatoGa naar voetnoot471 - bewijzen dat je er de man voor bent en dat je naast je dichterlijke werkzaamheden hoe langer hoe meer die kritische zult kunnen ontwikkelen. Voor de Beweging zal dat een voordeel zijn en voor jezelf een gelegenheid om veel van je lektuur en gedachten om een stellige aktiviteit samentetrekken. Doe je dat, dan ben ik bereid ingezonden boeken tot je beschikking te stellen of zal je verzoeken ze namens de Beweging aantevragen. Het laatste moet al dadelijk het geval zijn met Van den Berghs Christus-mysterie: de uitgever heeft het me niet toegezonden. Tegelijk hiermee Pannwitz. Geniet èn-kritiseer hem. Hij is het type van iemand die onder een dubbele obsessie - van stof en van gedachte - leeft. Hartelijk dank voor je bemoeiingen met Mientje. - Ten opzichte van de wereldgebeurtenissen ben ik in groote spanning. We zijn op het punt geraakt waar de leus van Engeland samenvalt met de eisch van de revolutionairen.Ga naar voetnoot472 Dat is de ware | |
[pagina 187]
| |
Entente, al is de kans groot dat ze Europa eerst uitbreiding van de Revolutie en daarna pas vrede geeft. Hartelijk, met groeten en wenschen, ook aan Nelly en van de huisgenooten, je A.V.
Het examen van Mea heeft nog de tijd. Ze deed een tentamen. |
|