Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9,52 MB)

Scans (27,87 MB)






Editeur
H.A. Wage



Genre
sec - letterkunde

Subgenre
non-fictie/brieven


In samenwerking met:

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey

Vorige Volgende

162.
Brief
.

Noordwijk a/Zee
6 Novr 13

Beste Van Eyck,

Is het wel zoo verschrikkelijk als iemand na jarenlange gelukkige uiting, eens de blik op de juiste beteekenis van zijn gevoel verliest?

Laat alle gevoel er eens buiten, en zeg mij of een versje als Maannacht -

 
Daar zit zij in haar hooge woon te pralen,
 
De bleeke trotsche glansvorstin, de maan, -

of dit werkelijk tot je beste poëzie behoort. En staat de aanhef van Het Nachtegalenboschje:

 
Hoe komt het dat zoo onverwacht dees droom
 
Die zóo lang sliep, weer in mijn hart ontwaakt,

staat die veel hooger?

Ik heb er niets tegen dat je zulke verzen schrijft: innerlijke aandrang en vormdrift werken voortdurend samen tot uiting, die we daarna kunnen goedkeuren of verwerpen, en ook zijn er graden van goedkeuring, maar je maakt me niet wijs dat zulke, eigenlijk laag - bij - de - grondsche verzen, ook maar in de verte te vergelijken zijn bij de prachtige reeks die je dit keer in De Beweging hebt of bij welk ook van de gedichten die je in je bundels hebt uitgegeven. Dat ééne kleine versje

 
Een lange onbegrepen stilte

zegt in zijn drie kleine strofetjes meer, meer van hartstocht, van verbeelding, van zelf-besef en wereld-ziening dan de langst-uitgesponnen redeneeringen van je laatste gedichten.

Ik heb al die gedichten nu nog niet gelezen, - Onze Eeuw ontving ik ook nog niet, - en zoo wil ik niet door dit algemeene oordeel te kort doen aan het goede dat ik misschien nog vinden zal, - maar oordeelende naar wat ik tot nu toe met aandacht las,

[p. 251]

geloof ik dat je die verzen overschat en dat, hoe sterk je gevoel ook geweest is (wat ik geloof), de beteekenis van dat gevoel in je dichterlijke ontwikkeling een andere is dan je hebt gemeend.

Ik wou dat je door je examen was en trouwde. Dat zou je de inhoud geven waar je met een razende vormdrift naar hijgt, en die men nu eenmaal niet uit de lucht grijpt. Kan het je troosten dat ook ik dat grijpen en die illusie en die ontgoocheling gekend heb, weet dan dat, als ik de eerste was, jij de tweede bent. Maar er waren er veel meer. Wie van de jongeren heb ik niet waargenomen die niet op zijn tijd juist dezelfde ervaringen opdeed die jij nu ondervondt.

Ik zou je raden: zet de vraag wat die verzen zijn en wat ze waard zijn, uit je hoofd. Werk door alsof je leven afhangt, niet van je dichterschap, maar van het bereiken van de naastbijliggende doeleinden. Mijn woord erop dat je dichterschap zich redden zal.

Misschien, of liever hoogstwaarschijnlijk, dat er geen beter menschen zijn om je over deze crisis heen te helpen dan je moeder en je meisje. Maar mocht je meenen dat een ademtocht in Noordwijk je goed zou doen, kom dan - zaterdag of zondag (morgen ben ik naar Amsterdam) - eens aanzetten.

Dank voor je Wordsworth-opgaaf.

Hartelijk
je toegenegen
Albert Verwey


Vorige Volgende

Over het gehele werk

over Uren met Platoon

over De getooide doolhof

over Het ronde perk

over Uitzichten


over Paul Cronheim

over J.C. Bloem

over Nine van der Schaaf

over [tijdschrift] Beweging, De

over P.C. Boutens

over Stefan George

over Geerten Gossaert

over Jan Greshoff

over Willem Kloos

over Aart van der Leeuw


Italiƫ


Over dit hoofdstuk/artikel

6 november 1913