Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9,52 MB)

Scans (27,87 MB)






Editeur
H.A. Wage



Genre
sec - letterkunde

Subgenre
non-fictie/brieven


In samenwerking met:

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey

Vorige Volgende
[p. 192]

120.
Brief
.

's-Gravenhage, 3 Jan. 13.

Zeer geachte Heer,

Hierbij gaat mijn artikeltje over Jaap's bundel,351 - ik hoop dat het U bevallen zal. Ik stelde het onder de algemeene titel, omdat het, hoewel kort, toch iets meer dan een kritiekje is of zijn wil. Maar wanneer U 't liever onder Boekbeoordeelingen wenscht te hebben, dan voeg ik mij daar natuurlijk naar. In elk geval ben ik vroeg genoeg, en blij, dat ik mijn belofte heb kunnen houden. Ondertusschen zal ik wel weer een ander onderwerp vinden, nu dit achter de rug is. Mocht U misschien nog schrijven, zou ik dan toch even Uw meening mogen weten, omtrent de mogelijkheid van oppeilbrenging der 2 sonnetten: Daad en Vrede?352 Bij voorbaat mijn hartelijke dank.

Wat zal ik blij zijn, als mijn studie voorbij is. Zeeën van arbeid zie ik voor mij liggen, - ik zou graag dadelijk alle zeilen bijzetten en met volle vaart de branding tegemoet varen. Maar ik ben er nu gauw doorheen. - Ik las Kloos' studie over Rhijnvis Feith.353 Hij schimpt eenige malen op de jongeren. De Nieuwe Gids heeft weer een vrij duf nummer op 't gebied van poëzie. Ik snap absoluut niet, met welk motief van Vriesland die twee lorretjes heeft meenen te moeten publiceeren.354 Zeer zeker heb ik zelf ook niet altijd geweten, wat ik publiceerde, maar ik deed het althans in de heilige overtuiging dat ik goed werk leverde. Ik kan mij niet voorstellen dat v.V. dat van deze verzen vond. -

Ik spits mij nu op de zorgvuldige lezing van het groote gedicht van de Vooys, waaraan ik een levendige herinnering wegdroeg uit Noordwijk.355 Gerretson schreef mij met opgetogen woorden over Uw artikel. Over enkele dagen begint ook voor hem het absoluut gebonden leven.

Ik bemerk, dat ik maar wat babbel, - daarvoor is Uw tijd te kostbaar. Mijn hart. en bel. gr.aan Mevrouw, de huisgenooten, en zooals altijd dezelfde voor U

van Uw
dw
Hoogachtend
P.N. van Eyck

Columbusstr.223.

351
‘Jaap's bundel’: De Parelduiker van J.J. de Stoppelaar. Rubriek: Kunst en Geest in de Literatuur III. De Beweging IX (1913), 2; pp. 83-90.
352
De sonnetten ‘Daad en Vrede’. Het merkwaardige ligt in de datering. Op 24 Januari 1913 stuurt Van Eyck wat hij een sonnettencyclus noemt, naar Verwey. Deze reageert daarop - 28 Januari 1913 - en wijst o.a. Daad en Vrede ten dele af. Hoe kan Van Eyck dan op 3 Januari! vragen om advies daarover? Misschien was er een gesprek over gevoerd?
353
Willem Kloos, Rhijnvis Feith , bloemlezing met inleiding verscheen in 1912 [maar het jaar wordt in de uitgave niet vermeld] bij de Maatschappij voor goede en goedkoope lectuur in Amsterdam.
354
De Nieuwe Gids, januari 1913; de ‘twee lorretjes’ van Van Vriesland zijn niet in dit nummer te vinden, maar in het februarinummer van dat tijdschrift werden de volgende gedichten van die auteur opgenomen: I sonnet tragique; II Tsioun.
355
‘Het groote gedicht van De Vooys’: Is. P. de Vooys, Kenteringen in De Beweging IX (1913) 1; pp. 163-174; in vijf onderdelen alleen genummerd.

Vorige Volgende

Over het gehele werk

over Uren met Platoon

over De getooide doolhof

over Het ronde perk

over Uitzichten


over Paul Cronheim

over J.C. Bloem

over Nine van der Schaaf

over [tijdschrift] Beweging, De

over P.C. Boutens

over Stefan George

over Geerten Gossaert

over Jan Greshoff

over Willem Kloos

over Aart van der Leeuw


Italiƫ


Over dit hoofdstuk/artikel

3 januari 1913