Gezangboek voor vrijmetselaaren



[pagina 89]
Eigenschappen van den vrij-metselaar. Air: Cueillons la rose. Dat hier 't genoegen Zijn' vasten zetel plant', Daar 't spoorloosheden En woestheid bant! Daal neêr, ô rede, ô wijsheid, daal! Dat ons uw beider blik bestraal! Hier, waar de reine blijdschap woont, Rijst uw gewijd altaar.
[pagina 90]
Dat hier 't genoegen Zijn' vasten zetel plant', Daar 't spoorloosheden En woestheid bant! De liefde, welke ons hart doorgloeit, Houde onze zeilen saêmgeboeid, Geen kwelling woone in 's Metslaars borst: De deugd bestuur' zijne tred! Dat hier 't genoegen Zijn' vasten zetel plant', Daar 't spoorloosheden En woestheid bant! Wanvoegzaamheid, onreine lust, Die 't vuur der zuivre vreugde bluscht, Onmaatigheid, noch wangunst vind' Ooit toegang tot deez' kring!
[pagina 91]
Dat hier 't genoegen Zijn' vasten zetel plant', Daar 't spoorloosheden En woestheid bant! In dit gewijde heiligdom Leert der Vrij-Metselaaren drom, Gezelligheid een offer biên, Dat deugd, noch reden wraakt. Dat hier 't genoegen Zijn' vasten zetel plant', Daar 't spoorloosheden En woestheid bant!