2939 Van Johann Paumgartner
Augsburg, 26 mei 1534
Mijn groeten en mijn zeer bereidwillige dienstvaardigheid in alle aangelegenheden. Voortreffelijke en zeergeleerde Erasmus, jouw aan mij gerichte briefGa naar voetnoot1. heb ik ontvangen en de andere brieven heb ik afgegeven aan degenen aan wie je schreef. Ik weet hoezeer je me genegen bent en respecteert. Daarom erken ik dat ook ik je om vele redenen zeer verplicht ben. Ik had je hierbij een klein geschenk willen sturen, maar ik durfde dat niet toe te vertrouwen aan deze bode. Als zich binnen twee of drie dagen een betrouwbare bode aandient, zal ik het geschenkje dat ik al wilde geven, met hem meesturen, of, als ik die niet heb gevonden, met een speciale bode voor jou.
Ik heb geen ander nieuws dat ik je kan schrijven dan dat de hertog van Württemberg zijn hertogdom met geweld in bezit neemt. Te vrezen valt dat dit kwaad zich onder leiding van de paus en de Franse koning verder verspreidt. Het ga je aldoor goed en blijf me als aanbevolen beschouwen, zoals je gewoon bent.
Vanuit Augsburg, 26 mei 1534
Johann Paumgartner van Paumgarten enz., evenzeer de jouwe als de zijne
Aan de hooggeachte en zeergeleerde heer Erasmus van Rotterdam, grootste en beste hoogleraar in de ware godgeleerdheid, zijn voor alles te vereren heer