De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 19. Brieven 2751-2986
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2794 Aan Petrus Vulcanius
| |
[pagina 84]
| |
De inwoners van Brugge hebben groot gelijk dat ze jou in de boeien willen slaan - als die maar wel aangenaam en van goud zijn.Ga naar voetnoot3. Ik zou een Venus toewensen aan Vulcanius als mij het vooruitzicht van Mars niet zou afschrikken.Ga naar voetnoot4. Maar zonder gekheid, als je een vrouw hebt gevonden die jou waard is, wat al gebeurd is geloof ik, zullen we met plezier een bruiloftslied zingen. Over de beloning hoef je je geen zorgen te maken. Ik ben geen Simonides,Ga naar voetnoot5. vooral niet voor geleerde en trouwe vrienden. Op Leonard Casembroot ben ik, op grond van diens eigen verdiensten, altijd zeer gesteld geweest en ik geloof dat dit wederzijds was. Ik vraag me wel af waarom hij me niet via mijn Quirinus heeft geschreven. Hij is dankzij vele uitmuntende kwaliteiten een verfijnd man. Ik zou willen weten of zijn positie in overeenstemming is met zijn verdiensten. Het ga je goed. Freiburg, Beloken Pasen in het jaar 1533 Erasmus van Rotterdam, eigenhandig, voor de vuist weg Aan de hoogedelgestrenge heer Petrus Vulcanius, pensionarisGa naar voetnoot6. van de beroemde stad Brugge. Te Brugge in Vlaanderen |
|