2740 Van Bonifacius Amerbach
[Bazel], 26 november [1532]
Een hartelijke groet. Afgelopen april, zeer illustere Erasmus, had je een recept hierheen gestuurd aan de hand waarvan Ephorinus een poeder voor jou had laten maken bij de kruidenverkoper. Ik krijg telkens van zijn gastheer, een bejaard man, geen onbekende voor je,Ga naar voetnoot1. de vraag of hij op voorspraak van mij een kopie van dat papier kan krijgen. Hij beweert immers dat hij zich door dat poeder zo goed voelt (want Ephorinus was zo gul hem het te laten gebruiken) dat hij verwacht door het gebruik ervan nog vele jaren te zullen leven. Wees alsjeblieft zo goed hem ter wille te zijn door een kopie te geven, als het niet te veel moeite is.
Er doet zich op dit moment verder niets voor waar ik over kan schrijven, tenzij je toestaat dat ik je aan mijn genegenheid en achting voor jou herinner. Maar ik hoef geen dingen te herhalen waarvan je, naar ik aanneem, allang overtuigd bent. In één woord, je weet dat ik van harte de jouwe ben en tot alles bereid ben omwille van jou. Denk alsjeblieft om je gezondheid als je wilt dat het goed gaat met ons, voor wie (om met de dichter te spreken) het leven prettig is zolang jij leeft en anders een zware last.Ga naar voetnoot2.
Mijn vrouw is je oneindig dankbaar voor de gekonfijte vruchten; ze biedt aan zodra ze weer thuis is te zullen zorgen dat het niet lijkt alsof ze ondankbaar was. Een van de kruidenverkopers bracht onlangs een potje met chebulische myrobalanenGa naar voetnoot3. hiernaartoe. Als je daar nog steeds van houdt (want als ik het wel heb, heb je KarlGa naar voetnoot4. daarvoor een paar jaar geleden naar Venetië ge-