De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 18. Brieven 2516-2750
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 215]
| |
2624 Van Hector van Hoxwier
| |
[pagina 216]
| |
worden van mensen voor wie brassen, ambitie en populariteit het enige doel is, waarop al hun streven en denken is gericht. Maar als iemand hen wil kwellen en straffen, kan hij dat misschien het eenvoudigst doen met zwijgen en negeren; hij zal hun elk excuus om hierna nog tegen grote en eervolle namen te keer te gaan bij voorbaat ontnemen. Ik zeg dit niet om de indruk te wekken dat ik u adviezen en aanwijzingen geef, of omdat uzelf niet weet hoe u die hydra's moet terugdringen - dat zou het domste en arrogantste zijn wat men kan bedenken. Maar het ergert me dat u, reeds een veteraan die de dienst erop heeft zitten, of liever, zo'n belangrijke aanvoerder en bevelhebber van de studie, door marketenters en stalknechten bespuwd wordt, en dat niet alleen, ik kan er ook absoluut niet tegen dat ze, vertrouwend op uw goedheid, geregeld nieuwe lastercampagnes verzinnen, om zo toch nog van de zinloze en even dwaze als schaamteloze, überhaupt toch valse rente in de vorm van een beetje roem te genieten. Maar laat het dan uw lot zijn dat noch uw rechtschapen levenswijze, noch uw verheven verstand, noch uw krachtige welsprekendheid, noch ten slotte de gunst van de vorsten u tegen deze kreeftenGa naar voetnoot3. kunnen beschermen en u gemoedsrust kunnen bieden, toch zullen ze nooit bereiken dat het toneelstuk dat ze al een hele tijd onder applaus van hun bentgenoten hebben opgevoerd, ook de goedkeuring van weldenkende en verstandige toeschouwers krijgt. Behalve door de uitnemende eigenschappen van uw verstand en karakter, zult u door die zo beminnelijke innemendheid van u eeuwig voortleven in de gedachten van de mensen, zodat de naam Erasmus tot in lengte van dagen geliefd en geacht zal zijn. Ik weet dat u vaak uw minzaamheid inzette als u uw vrienden prees en aanbeval, zodat die voor mij niet meer nieuw zou kunnen lijken. Toch gaf u mij met diezelfde minzaamheid allerlei redenen tot blijdschap, door ook mij een brief waardig te keuren (vooral omdat hij eigenhandig geschreven was) en verder onze vriend Viglius met een fraaie lofrede te eren. Want als ikzelf niet zou begrijpen hoeveel eer mij daarmee ten deel is gevallen, dan ben ik werkelijk zo iemand op wie van toepassing is wat, zoals het bij de komediedichter staat, tegen een dwaas wordt gezegd: kinkel, knuppel, ezel, stuk lood!Ga naar voetnoot4. Bovendien moest het mij wel zeer veel deugd doen dat u op zo eervolle wijze over Viglius spreekt, gezien zijn sympathie voor mij, die hij vaak in zijn brieven aan mij liet blijken, en omgekeerd mijn genegenheid voor hem. Want | |
[pagina 217]
| |
behalve een zeldzame begaafdheid en de stellige verwachting dat hij een groot geleerde zal worden, zijn er in de privésfeer allerlei redenen waarom ik hem zeer veel verschuldigd ben. Want door al het mogelijke te doen voor mijn broer,Ga naar voetnoot5. die hij in Bourges achterliet, door hem te bemoedigen en aan te sporen en hem als het ware de hand te reikenGa naar voetnoot6. zodat hij zich verder zou verdiepen in de studie van het civiel recht, heeft hij mij een bijzonder grote dienst bewezen en mij aan zich verplicht. Bij deze zaak ben ik Karel Sucket niet minder dank verschuldigd, van wie ik weet dat hij u dierbaar is. Het geluk zal Viglius hopelijk nooit in de steek laten; het zal niet alleen het resultaat zijn van zijn verstand en ijver, waarmee hij het geluk voor zichzelf zal kunnen creëren,Ga naar voetnoot7. maar ook van uw aanbevelingen, waarvan de woorden stuk voor stuk, zoals Cicero zegt, afzonderlijke getuigenissen zijn.Ga naar voetnoot8. De raadsheer Haio is nu al voor de derde maand aan de andere zijde van de Eems;Ga naar voetnoot9. er werd hier gezegd dat hij vrij ernstig ziek is, maar ik weet niets met zekerheid. Cammingha maakt het goed, hij is volop bezig zijn vertraging en getreuzel goed te maken; wat de brieven evenwel betreft weet ik dat hij eerder herhaaldelijk druk in de weer was, waarbij hij verkondigde dat hij aan Erasmus schreef, en daarom ben ik verbaasd dat u schrijft dat er niets van hem bezorgd is.Ga naar voetnoot10. Dat bracht mij ertoe meteen na overhandiging van uw brief een afschrift van het bewuste gedeelte van uw brief aan hem door te sturen, omdat ik heel goed weet hoeveel achting u voor hem hebt en hoeveel hij u verschuldigd is. Hij heeft nog niet voor een nieuwe baan getekend en weet nog steeds niet wat hij wil, of hij de halster, zoals u dat noemt,Ga naar voetnoot11. accepteert, naar u terugkeert of naar Frankrijk gaat. Wat het overige betreft, mijn schoonvader Gerard van Herema vroeg me of ik u namens hem hartelijk wilde bedanken, omdat u hem de eer van een briefGa naar voetnoot12. van u waardig keurde, dat wil zeggen, dat u hem iets schonk wat zelfs bij de machtigste vorsten gewild is. U plantte die zelfs in uw tuin met bloemrijke brieven aan. Hij begrijpt dat hem daarmee onsterfelijkheid is bereid en | |
[pagina 218]
| |
daarom meent hij op geen enkele manier genoeg te kunnen bedanken. Het is echter zijn grootste wens dat hij de gelegenheid krijgt om zijn bedoelingen metterdaad te kunnen aantonen. Overigens is uw brief pas na bijna twee jaar overhandigd. Want toen Cammingha jullie verliet nam hij hem mee naar Italië, vervolgens daarvandaan naar Leuven en uiteindelijk naar Friesland. Ik zeg dit erbij zodat u niet denkt dat wij tot het getal en de stad der Trojanen behoren, omdat we zo laat bedanken.Ga naar voetnoot13. Wat ik u een tijd geleden over mezelf beloofde, is hopelijk evenzeer welkom als bestendig, wat het moeiteloos zal zijn. Als u bereid zult zijn mij bij gelegenheid op de hoogte te stellen van wat er op literair gebied gebeurt, en van uw gezondheid en de situatie in Duitsland (mits er iets is wat zonder risico in een brief gezet kan worden, en als het voor u niet bezwaarlijk is), zult u mij daarmee een groot plezier doen en geheel in overeenstemming handelen met die nog onlangs getoonde welwillendheid van u jegens mij. Zie mijn vertrouwen. Het ga u goed en wees mij als iemand die u zeer genegen is, op uw beurt genegen. Franeker, 16 maart 1532 Hector van Hoxwier, de uwe als hij iets zal kunnen doen Aan de zeer illustere heer Desiderius Erasmus van Rotterdam, theoloog, veruit de voortreffelijkste in elke soort wetenschap. Freiburg im Breisgau |
|