De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 18. Brieven 2516-2750
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 207]
| |
dat hij van een bijzonder aardige vriend afkomstig was. Zoals u, naar u schrijft, niet afwijkt van uw gebruikelijke vriendelijkheid, zo is bij mij nooit enig gevoel van bitterheid tegenover u opgekomen. Als u een fout hebt gemaakt, is het een fout uit welwillendheid. U hielp iemand die gevaar liep;Ga naar voetnoot1. hoewel het helpen van slechteriken vaak betekent dat je de goeden schade toebrengt. Ik waardeer de ijver waarmee u gewijde schrijvers vertaalt,Ga naar voetnoot2. ook al lijkt u mij, als ik afga op uw brieven, geschikt voor een gewichtiger taak, bijvoorbeeld Griekse teksten in het Latijn vertalen of in een commentaar uitleg geven bij de geheimenisvolle Schrift, als u misschien geen Grieks kent. Maar misschien ziet u in uw wijsheid dat de Schrift door een massa commentaren eerder verduisterd dan verklaard wordt. Wie heeft er niet over de psalmen geschreven? Onlangs publiceerde een of andere kartuizer in Keulen een enorm boekwerk.Ga naar voetnoot3. Sadoleto, bisschop van Carpentras, schrijft over de brieven van Paulus.Ga naar voetnoot4. Ik zou graag willen weten hoe het met de eerwaarde vader Paul Volz gaat, of hij na zijn wisseling van kamp zichzelf blijft.Ga naar voetnoot5. Want eerder heb ik gemerkt dat hij iemand is met een levenswandel zoals je zelfs niet onberispelijker en zuiverder zou kunnen wensen. Doe hem alstublieft namens mij de groeten. Ik bid dat Christus bereid is de vorsten en de steden vreedzame en heilzame gedachten in te geven. Het ga u goed. Freiburg, 3 maart 1532 Erasmus van Rotterdam, eigenhandig, voor de vuist weg Aan de geleerde heer Caspar Hedio, predikant. Straatsburg |
|