2556 Aan Bonifacius Amerbach
Freiburg, 11 oktober 1531
Een hartelijke groet. Je hoeft niet over mijn problemen te tobben. Zo is mijn lot. Ik zou jou alle mogelijke vreugde willen toewensen en hoop dat die je deel zal zijn.
Ik zal het erg fijn vinden als je komt, maar ik zou niet willen dat je jezelf ongemak bezorgt door te haasten. Kijk naar het weer. En de zaak vereist geen enorme spoed. Pas op dat je je niet te snel in het gezelschap van je schoonvader begeeft.Ga naar voetnoot1. Het is duidelijk dat de pest grimmig is, als ze zo snel doodt. En deze maanden zijn het ongunstigst van allemaal. Het ga je goed, onvergelijkelijke vriend, samen met allen die je dierbaar zijn.
Freiburg, 11 oktober 1531
We hebben plek en hooi in de stal, zodat je niet met herbergen van doen hebt.
Je vriend Erasmus van Rotterdam
Aan de uitnemende doctor Bonifacius Amerbach. Bazel