De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 18. Brieven 2516-2750
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 75]
| |
2554 Van Anselmus Ephorinus
| |
[pagina 76]
| |
Ik kan niet anders dan uw gevoelens voor mij ten zeerste waarderen, nu u ons een deel van de benedenverdieping van uw huis aanbiedt. Kon ik maar zo gemakkelijk doen als ik zou willen! Ik roep Christus aan tot getuige, dat ik bij niemand liever zou willen wonen dan bij u. Ik heb twee broersGa naar voetnoot9. die priester zijn, beiden zouden zich zonder morren aan uw levenswijze kunnen aanpassen. Hoe graag zou ik willen dat u er een als dienaar had! De een is echter rond de vijftig, de ander rond de veertig. Ik zou hun, ook al ben ik de jongste, daartoe opdracht kunnen geven, als de zware, lange reis geen belemmering is. U zou beslist volledig verlost zijn van huiselijke zorgen. Met Stanisław is de zevenjarige broer van Jan bedoeld, niet de Stanisław die bij mij is,Ga naar voetnoot10. qua gedrag en aanleg werkelijk een jongen van adel, op wie de ouders bijzonder gesteld zijn, met grote belangstelling voor de literatuur. Ik vraag u dringend bij het opdragen van de TerentiusGa naar voetnoot11. de moeite die ik voor Jan doe te vermelden, en u moet ertoe aansporen dat beide broers zich richten naar het gedrag van onze jonge koning Sigismund,Ga naar voetnoot12. die werkelijk een koninklijke aanleg en mentaliteit toont; u zult de ouders geen groter plezier doen. Als SebastianusGa naar voetnoot13. misschien iets wat niet aan iemand toebedeeld is heeft achtergelaten wat mij toekomt, zal het aan de armen worden gegeven; hij heeft mij de andere dingen zeer vriendelijk terugbetaald. Ik zou willen weten of u de beker uit Straatsburg hebt ontvangen. U hebt niets laten weten over de kweeperen; als u ook maar iets van een andere soort voor uw gezondheid uit de kruidenwinkels wilt, hoeft u het maar te zeggen en er zal keurig voor gezorgd worden. Al wat ik heb of ooit zal hebben, ben ik bereid omwille van u te besteden. Ik wens u het allerbeste. Bazel, zeer haastig, 9 oktober 1531 Anselmus Ephorinus (Sileziër, geen Pool),Ga naar voetnoot14. u toegedaan zoals hij zichzelf is toegedaan Aan de grote Erasmus van Rotterdam, zijn belangrijkste meester en beschermheer. Freiburg |
|