De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 18. Brieven 2516-2750
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2538 Van Bonifacius Amerbach
| |
[pagina 61]
| |
veranderen, zodat we niets met zekerheid kunnen voorspellen, zelfs niet van uur tot uur; overigens was er niets wat mijn schoonvader zo'n plezier had kunnen doen als jouw komst. Hoe het mij bij mijn zaken is vergaan, zal ik persoonlijk vertellen. Ik houd, om de waarheid te zeggen, een wolf bij de oren.Ga naar voetnoot3. Wat valt er niet overal te vrezen? Hopelijk geven onze medeburgers iets om naastenliefde, die naar het woord van PaulusGa naar voetnoot4. geduldig en vol goedheid is, niet afgunstig of opdringerig. Ooit klaagden we over de Babylonische slavernij onder de paus, nu zijn we natuurlijk vrije mensen! Maar dit is alles wat ik je schrijf; meer kan niet omdat de bode haast heeft. Het ga je goed, zeer illustere Erasmus. In haast. Bazel, de tweede dag na het feest van de Kruisverheffing, 1531 Je vriend Bonifacius Amerbach Aan de heer Erasmus van Rotterdam, groot theoloog en sieraad van de edele wetenschappen, een onvergelijkelijke beschermheer. Freiburg |
|