2474 Van Bonifacius Amerbach
Bazel, 3 april 1531
Hartelijk gegroet. Je brief die je, zeer illustere Erasmus, op 25 maart hebt geschreven,Ga naar voetnoot1. heb ik eergisteren van mijn mensen ontvangen, toen ik naar huis was teruggekeerd. Wat je over Nachtgall en Eck schrijft, bezorgt mij veel verdriet. Maar het past bij je wijsheid om, zoals je doet, op dergelijke beledigingen geen acht te slaan. Bij juist de beste mensen is de reputatie van je naam groter dan dat de glans ervan door dit soort nietsnutten kan worden aangetast. Afgunst, zegt een bekend iemand, zoekt wat hoog is op en vliegt wat lager is voorbij.Ga naar voetnoot2. Deze week of uiterlijk met Pasen zal ik bij je langskomen. Kon ik je feitelijk maar zo ter wille zijn zoals ik vurig wens. Het ga je goed, zeer illustere Erasmus.
In haast, Bazel, daags na Palmzondag, 1531
Over Alciati zullen we het bij een ontmoeting hebben. Want op dit moment heb ik jouw brief tegelijk met die van hem, zoals jij ze hebt verstuurd,Ga naar voetnoot3. van de brievenbezorger ontvangen.
Van harte je Bonifacius Amerbach