2433 Van Simon Grynaeus
[Bazel, ca. februari 1531]
Simon Grynaeus groet Erasmus van Rotterdam hartelijk
Ik ben verheugd dat u mij veel werkzaamheden bezorgt, ik ben verheugd over uw aansporingen, ik ben verheugd over uw kritieken en ik ben verheugd de uwe te zijn, zeer vooraanstaande Erasmus, als u mijn geringe capaciteiten en onervarenheid maar voor lief wilt nemen. Om te beginnen was ik van plan zelf met u over ClaudeGa naar voetnoot1. te overleggen, en hiervoor hadden Hieronymus en ik eergisteren een ontmoeting met de bedoeling dat wij, onervaren als wij zijn, niet iets anders zouden regelen dan u wilde. Daarom zal ik zeggen wat mijn mening is. Want als ik mij niet vergis zal de jongen een lastige dienaar zijn, omdat hij op zijn talenten vertrouwt en een hoge dunk van zichzelf heeft. Daarom is hij aarzelend. Hij beseft dat, wanneer hij op een of andere manier bij u heeft verbleven, dit hem eens beroemd zal maken. Maar intussen is hij bezorgd dat hij zich te veel verplicht, of, als hij bij u in dienst is, hij uw welwillendheid wellicht niet kan behouden. Kortom, hij beschouwt zichzelf als voldoende goddelijk en denkt alleen maar hieraan, sinds u hem deze bijzondere gunst hebt verleend. Daarom verlangt hij in zijn hart als het ware met deze gunstige wind zo snel en zo goed mogelijk haast te maken met zijn studies. Zelf aarzel ik ook naar welke kant ik de jongeman zal duwen. Want uw opvatting over de functie van een dienaar is mij nog onvoldoende duidelijk en zijn karakter nog veel minder. Bovendien denk ik dat we helemaal niet moeten toestaan, dat iemand door u voor een meer persoonlijke dienst wordt aangewezen, wanneer hij niet om veel en belangrijke redenen is gemotiveerd. Want als eerste heb ik hem inderdaad naar u toe gestuurd met de bedoeling dat hij misschien bij u de functie van secretaris zou vervullen. Voor zover ik nu begrijp zou hij deze winter graag bij ons doorbrengen. Bedenk daarom wat u wilt dat ik doe. Als u wilt dat hij wordt weggestuurd, kan het op de volgende wijze gebeuren: ik zal zeggen dat hij op uw
kosten wordt onderhouden, zodat hij wacht totdat u hem roept. Want ik denk dat de jongen die voorwaarde resoluut afwijst. Als u wilt dat hij blijft, kan ik hem zelf zonder de voorwaarde die u hebt gesteld hier houden, totdat u een besluit neemt of wij het karakter van de jongen beter leren kennen.
Wat onze hinkjambenGa naar voetnoot2. betreft dient u te weten dat ik niets pretendeer, maar alle vrijheid graag heb aangegrepen en volledig benut om aan de haast van de drukker tegemoet te komen. Er is een voorbeeld van toe polu kalliôn (‘veel mooier’) bij Isaeus of polu mallon hetoimoteron, wat Budé vertaalde met ‘veel beter toegankelijk’. Minder bekend is voor mij chrusôn reëthra (‘rivieren van gouden dingen’); want ik zou zeggen chrusou reëthra (‘rivieren van goud’)