De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 17. Brieven 2357-2515
(2019)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2418 Aan Udalricus Zasius
| |
[pagina 144]
| |
stadsbestuur met publieke middelen de kosten voor een doctorstitel zal betalen of naar ik meen al heeft gedaan. De ander, Viglius,Ga naar voetnoot6. afkomstig uit Friesland, heeft naast een even grote ervaring op jouw vakgebied zich met veel succes in het groen van de Muzen opgehouden. Hij schrijft brieven geheel en al in de stijl van Poliziano, en dat voor de vuist weg. Als je erom vraagt zal ik je een voorbeeld laten zien. Hij lijkt zelfs hierheen te komen om jou te zien; kon hij ook maar met aangename boeienGa naar voetnoot7. worden vastgehouden. Want als we Alciati kunnen vertrouwen en ik op grond van zijn brief tot een oordeel kom, zou die jongeman deze school niet alleen meer roem bezorgen, maar ook maken dat zij drukker wordt bezocht. Ik hoor dat door de dood van een professor een leerstoel vacant is. Ik leid hier een leven van een slak.Ga naar voetnoot8. Kort geleden, toen ik als de spreekwoordelijke ezelGa naar voetnoot9. alleen mijn hoofd naar buiten stak, was ik bijna omgekomen,Ga naar voetnoot10. omdat ik een heel misdadige wind had ingeademd...Ga naar voetnoot11. Aan de zeer illustere doctor Zasius |
|