De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 17. Brieven 2357-2515
(2019)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 30]
| |
2366 Aan Lorenzo Campeggi
| |
[pagina 31]
| |
Het lijdt voor mij geen twijfel dat het hart van de vorst tot vrede, mildheid en rust geneigd is. Maar ik weet niet door welke lotsbeschikking, zijn gevoelens daargelaten, de ene oorlog steeds op de andere aansluit. Hoe lang en hoe ellendig is Frankrijk geteisterd! Door hoeveel meer rampspoed is Italië getroffen! Daar is ook zelfs een nieuwe oorlog in hevigheid toegenomen.Ga naar voetnoot8. Nu lijkt de situatie erop te wijzen dat het grootste deel van de wereld in het bloed zal baden. Zoals het waagstuk van alle oorlogen onzeker is, moeten we vrezen dat dit tumult tot vernietiging van de hele kerk leidt, vooral omdat het volk ervan overtuigd is dat deze kwestie alleen op gezag van de paus kan worden opgelost, grotendeels via bisschoppen en abten. Ik vrees zelfs dat de keizer persoonlijk helemaal niet vrij van gevaar zal zijn. Mogen de goden dit onheil verhoeden! Ik ken en vervloek de onbeschaamdheid van degenen die de sekten leiden of steunen. Maar men moet in deze situatie eerder bekijken wat de rust voor de hele wereld verlangt dan wat de schaamteloosheid van die lieden verdient. We moeten niet zo erg wanhopen aan de situatie van de kerk. Vroeger werd zij onder Arcadius en Theodosius door veel zwaardere stormen heen en weer geslingerd. Wat was toen de toestand in de wereld! Dezelfde stad had Arianen, heidenen en orthodoxen. In Afrika gingen de Donatisten en de CircumcellionenGa naar voetnoot9. tekeer. Op veel plaatsen heersten nog de waanzin van de Manicheeërs en het vergif van Marcion, nog afgezien van de invallen van barbaarse stammen. Toch hield de keizer bij zo grote meningsverschillen zonder bloedvergieten de teugels vast en sneed hij geleidelijk aan de monsterlijke ketterijen weg. De tijd zelf bezorgt soms een middel tegen ongeneeslijke kwalen. Als sekten onder bepaalde voorwaarden werden toegelaten (zoals de BohemersGa naar voetnoot10. dit doen zonder het kenbaar te maken) zou het, zeg ik eerlijk, een grote ramp zijn, maar minder erg dan een oorlog, en vooral een dergelijke oorlog. In deze omstandigheden zou ik nergens liever dan in Italië willen zijn, maar de lotsbeschikkingen slepen mij naar elders. Zij mogen slepen waarheen ze maar willen, als ze maar niet weg van het gezelschap van de duif slepen.Ga naar voetnoot11. Ik hoor dat enkele lieden die mij helemaal niet gunstig gezind zijn, bij de keizer intrigeren.Ga naar voetnoot12. Toch vertrouw ik erop dat u, zeer eerwaarde heer, zichzelf trouw blijft. Ik wens u alle voorspoed toe. | |
[pagina 32]
| |
Freiburg, 18 augustus 1530 Ik heb in alle haast geschreven, de bode drong hierop aan. Neemt u mij niet kwalijk. Erasmus van Rotterdam, zeer toegewijde dienaar van uwe eerwaarde hoogheid |
|