De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 16. Brieven 2204-2356
(2018)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2336 Van Cornelis de Schepper
| |
[pagina 271]
| |
- een vertrouwelijke brief te sturen. Daarin moest ik vragen of u wilde beschrijven welke manieren er zijn om deze storm tot bedaren te brengen. Mocht u immers willen (zei hij) dat het verborgen bleef dat ze bij u vandaan kwamen, dan zou hij zijn best doen dat niemand erachter zou komen dat u ze bedacht had, behalve hij en ik. Ik wilde al schrijven, toen de zeer eerwaarde bisschop van TrenteGa naar voetnoot9. mij liet weten dat Polyphemus niet zonder problemen kon vertrekken vóór de komst van Zijne Koninklijke Hoogheid in Augsburg. Zo werd alles tegengehouden, en ik wilde dit niet op goed geluk via een willekeurige bode schrijven. Daarna overleed die grote man en werd alles in de war gestuurd. Wat die zichtbare dingen betreft, word ik niet erg geraakt en ik weet niet of hij gelukkiger had kunnen leven dan hij gestorven is. Hij was bijzonder op u gesteld en als God had gewild dat hij deze tijden had overleefd, had u kunnen ervaren wat ik nu aan u schrijf. U hebt dat te danken aan Valdés,Ga naar voetnoot10. die u altijd van harte steunde. Ikzelf had noch door vriendschappen noch door gunstbejag veel invloed aan het hof, maar dank God voor de gunst die mij werd verleend. Daarom kon ik weinig voor vrienden doen, maar had graag gewild dat ik meer kon doen; want het ontbrak mij niet aan de wil om hun van dienst te zijn en ik heb gedaan wat ik kon. Die grote man las voor zijn dood op aandringen van mij uw Beschouwing over een oorlog tegen de Turken,Ga naar voetnoot11. eveneens de uitleg bij psalm 28Ga naar voetnoot12. en de HiëroGa naar voetnoot13. en allerlei andere werken die Lieven me bracht. Hij deed mij namens u de hartelijke groeten en bracht een brief mee ter aanbeveling van hemzelf, die mij veel plezier deed; niet dat hij die nodig had bij mij, want ik ken uw sympathie voor hem, maar omdat ik blij was te merken dat u vertrouwen in mij hebt. Dat vertrouwen is beslist terecht. Lieven is bij me en zal bij me blijven tot hem een hogere positie ten deel valt; ik zal voortdurend naar mijn beste vermogen proberen hem promotie te laten maken. Intussen zal het hem nergens aan ontbreken: hij bevindt zich dan wel niet bij een zeer hooggeplaatst persoon, maar toch bij iemand uit de middenlaag, die niet in hopeloze omstandigheden verkeert. Omdat het nu voor ons allemaal onrustig is, is het aan u na te gaan in welk opzicht u onze hulp behoeft. Want voor zover het de bisschop van SevillaGa naar voetnoot14. betreft is die taak aan Valdés opgelegd. Omdat ik het niet met de kanselier over u kan heb- | |
[pagina 272]
| |
ben, aangezien we er geen een hebben, heb ik uw situatie voorgelegd aan de keizer en aan Ferdinand, die u van harte welgezind is, en ik zal dat nogmaals doen. Johannes Dantiscus is nu bisschop van Chełmno en kwam twee dagen geleden bij ons terug.Ga naar voetnoot15. Hij is een integer en wijs mens zonder enige onvolkomenheid. Met hem had ik vele jaren dagelijks contact, ik heb, zoals dat heet, een schepel zout met hem gegeten;Ga naar voetnoot16. vandaar dat ik het zonder terughoudendheid over zijn integriteit heb, waarmee ik bekend ben, anders zou ik mezelf matigen. Hij zei tegen mij toen ik dit aan het schrijven was, dat hij u ook zou schrijven, om u te smeken dat u, iemand die zoveel wijsheid en kennis bezit, zich niet van de wijs laat brengen door die pamfletten die tegen u geschreven worden door mensen aan wie het christendom zijn ondergang te danken heeft; dat het niet waard is zich erover druk te maken. En ook ik wil u vragen niet toe te staan dat er bij de steen waaraan u lijdt ook nog deze ergernissen komen, maar zorg dat u voor ons behouden blijft. En als er iets is wat naar uw mening daarbij kan helpen, en als u wilt dat de keizer of koning Ferdinand daarvan zonder gewichtigheid op de hoogte wordt gebracht, kunt u dat Valdés of mij laten weten. Want al zou ik voor niemand willen onderdoen in genegenheid en respect voor u, ik zou toch niemand zijn genegenheid voor u misgunnen; integendeel, ik vraag u zo veel mogelijk mensen voor u te winnen, niet om uzelf, maar om uw werken, die voortdurend door allerlei slechte lieden belachelijk worden gemaakt; hun wacht een passende beloning. U zult alles veilig aan Polyphemus kunnen toevertrouwen, iemand die zich door zijn integriteit en trouw jegens u bij veel mensen geliefd heeft gemaakt en naar mijn idee niet van die koers zal afwijken. Er is hier verder geen nieuws. Valdés maakt het goed en het verbaast me dat hij u niet geschreven heeft; maar hij beloofde mij dat hij u vandaag zou schrijven, nadat ik de brief die ik van u had ontvangen had laten zien, met als datum de dag na Pinksteren.Ga naar voetnoot17. Polyphemus had al keurig zijn vertrek voorbereid; u zult wel zo vriendelijk willen zijn hem als aanbevolen te beschouwen en bij vrienden aan te bevelen. Als u ooit naar Vlaanderen komt, of ik naar de streek ga waar u en Glareanus verblijven, zal mij niets liever zijn dan een persoonlijk gesprek met u over een aantal dingen waar ik niet over kan schrijven. Dat had ik evenwel toch gedaan, als die onvolprezen vriend van onsGa naar voetnoot18. nog in leven was geweest; nu hij er niet is, hoop ik dat u ons uw overwegingen met betrekking tot de huidige toestand niet zult misgunnen. Het | |
[pagina 273]
| |
ga u goed, allerdierbaarste leermeester. Augsburg, de dag voor het hoogfeest van de heilige Petrus en Paulus, 1530 Cornelis de Dobbele de Schepper Wilt u zo vriendelijk zijn me ten zeerste aan te bevelen bij Henricus Glareanus, een oude vriend van me? Aan Erasmus van Rotterdam, mijn zeer geëerde leermeester. Freiburg |
|