De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 16. Brieven 2204-2356
(2018)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 92]
| |
2247 Van Jan Horák
| |
[pagina 93]
| |
zo geregeld, dat het boek, omdat het op dit moment met geen mogelijkheid gauw verzonden kan worden, alleen naar de beurs in Frankfurt om Main wordt gezonden met de eerstvolgende markt. Het zal dus naar de firma Welser worden gezonden, via Hieronymus Walther, een zeer groot bewonderaar van u. Daarom moet u te zijner tijd het bewuste werk uit Frankfurt bij de firma Welser vandaan laten komen. U zult, grote en almachtige Erasmus, een belangrijk, een schitterend werk zien, vol vrome en indrukwekkende geleerdheid en tegen de ketters uitgerust met een onverschrokken slagorde van argumenten en bijbelplaatsen, vooral goed beschermd tegen de volstrekt irrelevante onzin van Luther; want ik kan, mijn beste Erasmus, amper geloven dat tien Anticyra'sGa naar voetnoot6. aan helleborus deze man kunnen genezen. Daarom, voortreffelijkste onder de Duitsers, smeek ik u, bij de heilige muzen, dat u het werk in gunstige zin wilt opvatten en bovendien uw waarlijk apollinischeGa naar voetnoot7. oordeel over het boek wilt bijvoegen; want dat is een bijzonder grote wens van doctor Conradus Wimpina. Ik zou de brief al beëindigen, als me niet terloops te binnen was geschoten, dat u op een niet zo fraaie manier melding van mij maakt in uw Gebundelde brieven, de laatste brief aan Cochlaeus.Ga naar voetnoot8. Ik geef toe dat ik, tegen mijn aangeboren gematigdheid in, met grote felheid tegen het schotschrift van onze evangelischen in de aanval ging om mijn reputatie te verdedigen,Ga naar voetnoot9. zodat ik mij misschien aan brutaliteit schuldig maakte. Maar zoveel als ik waard ben, mijn zeer geliefde en dierbare Erasmus, beveel ik mij volledig, samen met Hieronymus Walther, mijn mecenas en groot voorvechter hier van het katholieke geloof, als geen ander bij u aan. Het ga u goed tot eeuwige glans en eer van de kerk en alle christenen. Leipzig, Driekoningen, 1530 | |
[pagina 94]
| |
Magister Johannes Hasenberg Montanus,Ga naar voetnoot10. kanunnik van Praag en in Leipzig lid van het vorstencollege,Ga naar voetnoot11. aan...Ga naar voetnoot12. |
|