De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 16. Brieven 2204-2356
(2018)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2246 Van Simon Riquinus
| |
[pagina 91]
| |
nog meer woorden aan vuil maken? Ik ben me er niet van bewust iets schandelijks gedaan te hebben; tenzij iemand me misschien van onwetendheid wil betichten: die zal ik graag toegeven. Ik was van plan hier een heleboel over aan u te schrijven, maar ik ben van mening veranderd. Als ik namelijk met deze weinige woorden de verdenking niet kan afwissen, als u bovendien het onbevangen oordeel van geleerde en weldenkende mensen, zoals Goclenius, Rescius, Campen, de graaf van Neuenahr en Heresbach, niet aanvaardt, zal het vermoedelijk niet helpen als ik een lang verhaal houd. Maar weg hiermee. Ik heb eenmaal vastgesteld wat mijn houding tegenover u is en die zal ik handhaven tot aan mijn laatste ademtocht. Het geschenk dat de vorstGa naar voetnoot4. zendt, moet niet naar de prijs maar naar zijn bereidwilligheid afgemeten worden, want hij blijft u in zijn grootmoedigheid zeer genegen; hij zal hierna nog overvloediger laten zien wie hij is. We zullen Quirinus, als u dat wilt, een eervolle prebende schenken; u hoeft het mij alleen maar in orde te laten maken. De vorstGa naar voetnoot5. zal via een vertrouweling schrijven, met een fraai geschenkje erbij. Uw aanbevelingsbrieven zouden waarschijnlijk in Brabant erg geholpen hebben, als ik me had willen aanpassen.Ga naar voetnoot6. Ik stuur ons Oordeel over de nieuwe zweetziekte,Ga naar voetnoot7. geschreven te midden van de enorme drukte aan het hof; wees daarom niet al te kritisch als u het leest. Het ga u goed; ik vraag u, bij de goden, evenwel één ding: dat u uw vriend Riquinus nergens anders van verdenkt dan dat zijn levenswandel en karakter onberispelijk zijn en dat hij als geen ander een groot bewonderaar van Erasmus is. Hopelijk zal hij niet weigeren bij gelegenheid op zijn beurt schriftelijk te getuigen van zijn gevoelens! De proostGa naar voetnoot8. is hier al weg; anders had hij met verlangen naar Quirinus uitgekeken. Nogmaals, het ga u goed, sieraad van de wereld. Precies op 1 januari, voor de vuist weg, 1530 Simon Riquinus, u zeer toegedaan Aan de zeer beroemde heer Erasmus van Rotterdam, theoloog. Freiburg |
|