De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 16. Brieven 2204-2356
(2018)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 70]
| |||||
2231 Aan Bonifacius Amerbach
| |||||
[pagina 71]
| |||||
blijven onder het strenge toezicht van Cyrenaeus.Ga naar voetnoot4. Ze willen geen studie en daarom zijn ze zo bezig met het verspreiden van mist omtrent hun bedoelingen, deels om gewin, deels om de argeloze leeftijd te sterken in hun ketterij; ik ben in hun ogen verdacht, omdat ik de gewoonte heb vrienden in alle oprechtheid van dit soort slaafse onderwerping af te houden. 's Ochtends hadden ze al een paard gehuurd voor Erasmius. Ik vertelde aan Hieronymus wat ik vermoedde; ik zei onder andere dat mij dit een heel slecht besluit leek, maar dat ik toch een reden had om me er niet al te boos over te maken. Toen hij vroeg welke reden dat dan wel was, antwoordde ik: ‘Omdat ik de speciale band die ik met Johann Froben had, waar tot nu toe zelfs de dood van de man niet aan heeft kunnen tornen, verbreek.’ Ongetwijfeld is Georgius bij jullie, die deze machinaties in gang zet. Ze zijn bang dat de jongen geen goede ketter wordt. Eenvoudig van geest en al te zeer geneigd iedere wenk van willekeurige personen te volgen, is hij al die jaren door talloze beulen gemarteld, zelfs met mentale schade als gevolg. Nu zijn ze er op uit met hun wrede behandeling het restje verstand dat hij nog heeft af te stompen en hem voorgoed tot kind te maken. Tenzij ik me vergis, is hij zestien en toch beweert Hieronymus steeds weer dat hij nog geen veertien is. Het is niets bijzonders dat er uit een koekoeksei dat in een vreemd nest is gelegd, een jong komt dat het wettige kroost verslindt.Ga naar voetnoot5. Ook is het niet verbazingwekkend dat hij de zoon als nietswaardig beschouwt, omdat hij de vader altijd als mikpunt van spot gebruikte. Maar hier hebben we het nog wel uitgebreider over als je komt, wat je hopelijk zo snel mogelijk mits het je schikt, zult doen. Zou je me intussen een kleine dienst willen bewijzen door onopvallend naspeuring te doen wat ze met Erasmius willen en wat Georgius op touw zet? Ik denk dat Carinus er ook is. Praat ten slotte met de jongen en probeer uit te vissen of hij blij is dat hij Freiburg verlaten heeft en hoe hij tegenover mij staat. Want hij lijkt zelfs niet genoeg verstand te hebben om het verschil te zien tussen iemand die hem goed en die hem slecht behandeld heeft. Ook al zou hij tien vaders hebben, dan zouden die hem niet liefdevoller bejegenen dan ik gedaan heb. Hieronymus is het meest leugenachtige wezen dat er bestaat. Eerst toonde hij zijn vader niet het verschuldigde respect, samenzwerend met zo'n echt- | |||||
[pagina 72]
| |||||
genote; nu heeft hij haar zo'n huwelijk ingejaagd.Ga naar voetnoot6. Rest hem Erasmius te gronde te richten. Welke god zal de aarde verlossen van dat allermisdadigste evangelie, dat ons niets dan waarachtige monsters bezorgt? Dit alles nogal openhartig en in vertrouwen; jij weet waar je wel en waar je niet over kunt praten. Als je je komst uitstelt en een betrouwbaar iemand hebt die je als bode kunt gebruiken, zeg in bedekte termen iets over de mysteriën. Het ga je goed. Freiburg, 4 november 1529. Niet nagelezen Je herkent de hand van je vriend Erasmus Ik weet niet wie het boek van Budé corrigeert.Ga naar voetnoot7. Ik vond een paar fouten,Ga naar voetnoot8. tenzij ik me vergis:
Wijs Bebel erop, als je wilt. Aan de voortreffelijke doctor in de rechten Bonifacius Amerbach. Bazel |
|