De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 16. Brieven 2204-2356
(2018)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2211 Aan Thomas More
| |
[pagina 41]
| |
staat die voor een zeer gunstige afloop zorgt, zoals in tragedies gebeurt, wanneer zich plotseling een deus ex machina vertoont. De mensen weten ook heel goed dat ze deze vreugde grotendeels te danken hebben aan de onoverwinbare Hendrik viii, koning van Engeland. Met grote wijsheid en evenveel standvastigheid rustte hij niet voordat hij de tweedracht, die ongeneeslijk leek, had omgezet in de door allen vurig gewenste eendracht. Rest iedereen tot de goden te bidden dat dit geschenk dat ze ons hebben gegeven bestendig mag zijn, of, als in de mensenwereld niets bestendig kan zijn, in elk geval lang mag duren. Zo ik daar op enigerlei wijze toe in staat ben, zal ik heel graag de zo vrome en werkelijk christelijke gezindheid van die voortreffelijke vredestichter in enig geschrift vastleggen ten behoeve van het nageslacht. Ik zou mezelf behoorlijk gelukkig prijzen, mijn beste More, als koning Ferdinand zoveel voorspoed kende als zijn uitzonderlijke vroomheid verdiende. Hij is in mijn ogen beslist voor iedere vorm van deugdzaamheid geschapen. Hij is Erasmus zo welgezind, dat ik geen vriendschappelijker houding zou kunnen wensen. Twee jaar geleden nodigde hij mij uit om naar Wenen te komen, tegen een vergoeding van vierhonderd florijnen, mits ik daar ging wonen.Ga naar voetnoot2. Laatst schreef ik de bisschop van Trente, zijn kanselier,Ga naar voetnoot3. een paar woorden ter aanbeveling van een zekere drinkebroer,Ga naar voetnoot4. die graag bij de bereden garde wilde. De koning gaf hem meteen de gewenste positie, met de woorden: ‘Wat zou ik niet doen voor mijn leermeester Erasmus?’ Ik heb hem nooit aan mij verplicht; wat zou hij niet doen als ik hem een dienst had bewezen, als hij nu al geen enkele gelegenheid voorbij laat gaan om mij te bedanken? Maar de fortuin loopt nog niet in de pas met de uitnemende gaven van deze voortreffelijke vorst. De vorsten hielden, zoals je weet, onlangs een conferentie in Speyer.Ga naar voetnoot5. Er werd hulp gevraagd tegen de Turken die Hongarije bedreigen. De som geld die werd aangeboden was zo gering dat hij liever voor de goede bedoeling bedankte dan iemand voor die gunst iets verschuldigd te zijn. Iedereen weet wat Maria, zuster van de keizer, en haar echtgenoot Lodewijk is overkomen.Ga naar voetnoot6. Nu zijn de Turken opnieuw Hongarije binnengedrongen en hebben grote delen van het land geplunderd. Maria, aan wie ik De weduwe heb opge- | |
[pagina 42]
| |
dragen,Ga naar voetnoot7. is uit angst naar de stad in Moravië die gewoonlijk Znojmo wordt genoemd uitgeweken, omdat ze zelfs Wenen niet voldoende vertrouwde. De Turken schrikken voor de allengs toenemende macht van de keizer terug en hadden daarom liever JohanGa naar voetnoot8. als koning van het buurland gehad dan Ferdinand. Misschien zal iemand zeggen dat het hier ook beter zou zijn geweest de helft te krijgen dan alles.Ga naar voetnoot9. Maar ik denk dat het goddelijk plan ergens anders op afkoerst; ik twijfel er niet aan dat de goedheid van de eeuwige God alles een wending zal geven die voor een vreugdevolle afloop zorgt, als wij onze aandacht zullen richten op wat Hem behaagd heeft. Het is niet zozeer dat we niet weten wat dat is, als wel dat we er geen acht op slaan. De ruzie met de Franse koning werd te laat bijgelegd; had de keizer maar op het juiste moment zijn broer en zuster geholpen!Ga naar voetnoot10. Ik ben bang dat Italië en de omhelzing van de paus hem te lang ophouden.Ga naar voetnoot11. Ik twijfel er niet aan dat hij hem overeenkomstig zijn godsdienstigheid alle eer zal betonen die een zoon verschuldigd is aan zijn vader. Was het evenwel maar zo dat de paus de eer die de mensen hem om Christus betonen, op Christus' rekening zette! Ik twijfel er evenwel niet aan dat onze huidige Clemens dat zal doen. Dat de paus verwikkeld raakt in verdragen tussen vorsten, is volgens mij niet goed voor de paus en evenmin voor de christelijke gemeenschap. Hij is te groot om aan enig verdrag gebonden te zijn, althans naar mijn mening. Als ik in Bazel was gebleven, hadden de theologen geroepen dat ik goedkeurde wat daar gaande was. Nu beweren sommigen dat ik uit angst ben uitgeweken, terwijl mijn vertrek door iedereen betreurd werd, zelfs door mensen die dogma's aanhangen die ik openlijk en openhartig verfoeide. Ik verliet beslist met tegenzin het nest waar ik zoveel jaar op heb gezeten; ook was mijn gezondheid zodanig dat ze überhaupt geen verandering leek te zullen toelaten. Bovendien was ik me terdege bewust van de kosten waarmee mijn verhuizing gepaard zou gaan. Maar ik wilde liever mijn leven op het spel zetten dan dat het zou lijken alsof ik achter een dergelijke verordeningGa naar voetnoot12. sta. Er was goede hoop dat we naar een gematigde toestand zouden terugkeren, maar twee monniken, de een predikant van de hoofdkerk,Ga naar voetnoot13. de ander predi- | |
[pagina 43]
| |
kant bij zijn dominicaanse medebroeders,Ga naar voetnoot14. bezorgden ons al die onrust hier. Zij zijn gevlucht, maar anderen krijgen de klappen. Hertog Georg van Saksen voert een even verbitterde strijd tegen Luther als ik tegen Eppendorf. Ik heb hem aangeraden die snoever te negeren, omdat hij iemand aanmoedigde die al meer dan genoeg strijdlust vertoont. Ondertussen triomfeert hij, omdat hij zelfs een zo machtig vorst last bezorgt.Ga naar voetnoot15. Tot nu toe heeft de reis mijn gezondheid goed gedaan, en wel boven alle verwachting. De zomer hier beviel me uitstekend, maar ik maak me zorgen over de herfst. De stad is half omringd door zeer nabij gelegen bergen, zodat er nauwelijks een dag voorbijgaat zonder bewolking of mist. Het stadsbestuur heeft me een waarlijk vorstelijke woning toegewezen, ooit gebouwd voor keizer Maximiliaan, maar niet afgemaakt en meer geschikt voor de zomer dan voor de winter. Ik zou zo graag willen dat ik nog een keer tijdens mijn leven mijn allerdierbaarste vrienden kon ontmoeten! In elk geval zag ik hen tot mijn grote genoegen op de tekeningGa naar voetnoot16. die Holbein liet zien. Het ga je goed, samen met allen die je het dierbaarst zijn. Freiburg im Breisgau, 5 september 1529 |
|