2178a Van Willibald Pirckheimer
Neurenberg, 14 juni 1529
Aan de zeer geachte heer Erasmus van Rotterdam, raadsheer
Ik groet je. Een dezer dagen heb ik een brief naar jou en tevens naar doctor Zasius verzonden.Ga naar voetnoot1. Hem stuur ik de boeken van de DigestaGa naar voetnoot2. die hier zijn gedrukt, jij ontvangt een vergulde zilveren schaal.Ga naar voetnoot3. Ik heb dit alles aan een handelaar uit Neurenberg gegeven die naar de jaarmarkt in Straatsburg vertrekt. Zijn naam is Friedrich Hess; hij zal alles bij je afleveren etc.Ga naar voetnoot4.
Bij ons doet het gerucht de ronde dat je weer naar Bazel zult terugkeren. Moge een gunstig lot je dit bezorgen. Een dezer dagen kreeg ik een prachtig Grieks handschrift in handen dat meer dan vijftig werken van Gregorius van Nazianze bevat.Ga naar voetnoot5. En een van onze soldaten bracht het Lexicon van Cyrillus mee en diverse andere werken die het niet alleen waard zijn maar ook vereisen dat ze vanwege het algemeen belang worden gepubliceerd. Maar de Kobergers zijn hier te koppig en te zuinig en daarom willen zij niets voor de handschriften betalen. Als jouw mensen in Bazel dat lexicon hadden zouden zij het ongetwijfeld drukken. De bezitter taxeert de waarde op tien goudstukken, hoewel het ook voor dertig geschreven zou kunnen worden. Want het is sierlijk geschreven en op perkament. Meer valt er niet te schrijven. Zorg dat je opgewekt leeft. Omdat ik last heb van aan jicht aan mijn handen, moet ik de hulp van een secretaris gebruiken. Opnieuw wens ik je het beste.
Neurenberg, 14 juni 1529
Willibald Pirckheimer