2015 Aan Erasmus Schets
Bazel, 30 juli 1528
Hartelijk gegroet. Frans van der Dilft schrijftGa naar voetnoot1. dat hij jou de twintig goudguldens die hij mij schuldig was, heeft betaald. Als hij je met zilverguldens heeft betaald, zal ik het verlies voor mijn rekening nemen. Want hier hebben guldens de gebruikelijke waarde. Voor kronen is de waarde iets gezakt, net iets minder dan een derde stuiver. Als in Engeland met kronen wordt betaald, is het verlies het grootst. Want daar zijn ze veel waard, bij jullie veel minder. Maar als kronen daar zijn ontvangen en hierheen worden gestuurd, wordt er wat winst gemaakt.
Het verbaast me dat Jan de Hondt zolang wacht. Ik heb een vermoeden waardoor het komt. De deken Pierre Barbier verblijft bij hem, een theoloog en hongerlijder, die bij vriend en vijand wat hij kan wegkaapt. Als hij je nog niet heeft betaald, moet je een speciale bode naar hem sturen. Ik betreur het dat ik De Hondt heb geschreven dat hij het jaargeld niet aan Marcus Laurinus moest betalen.Ga naar voetnoot2. Ik heb liever dat aan hem wordt betaald dan aan helemaal niemand.
Karel Uutenhove heeft zijn brieven. Hij woont bij mij in huis, een zeer welgemanierde jongeman. Via Kan heb ik je geschreven wat ik wilde.Ga naar voetnoot3. Mocht hij bij je terugkomen, moet je hem namens mij geen geld geven.Ga naar voetnoot4.
Het ga je goed. Bazel 30 juli 1528
Je oprechte vriend Erasmus
Aan de achtenswaardige heer Erasmus Schets, Antwerps zakenman. Te Antwerpen