De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 12. Brieven 1658-1801
(2014)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd1796 Aan Polidoro Virgilio
| |
[pagina 285]
| |
te blijven koesteren, maar met de bekende amnèstiaGa naar voetnoot3. van de Grieken de herinnering aan al het oude onrecht volledig uit te wissen en met een of ander vriendelijk geschrift te verklaren, dat de vijandigheid is beëindigd en de geesten in christelijke eendracht zijn verbonden; dit is met Jacques Lefèvre en mij gebeurd. Wat de strijd betreft die ik met zoveel monsters moet leveren, ken en aanvaard ik mijn noodlot. Met de belangrijkste mensen heb ik een goede verstandhouding. Clemens viiGa naar voetnoot4. heeft mij al tweemaal tweehonderd gulden gestuurd en deed allerhande beloften. Tegelijk met de kanselierGa naar voetnoot5. heeft de keizerGa naar voetnoot6. mij onlangs een bijzonder vriendelijke brief geschreven. Ik heb kisten vol met de meest eervolle brieven van koningen, kardinalen, hertogen en bisschoppen. Van veel mensen komen allesbehalve alledaagse geschenken. Door duistere figuren, als waren het luizen en vlooien, word ik gebeten, want de keizer en de paus zijn niet bij machte hun het zwijgen op te leggen. Ze zijn veilig in hun duisternis, maar bereiken alleen maar dat ze zich belachelijk maken. Ik zal tot de laatste dag van mijn leven het roer recht houden.Ga naar voetnoot7. Christus, de koorleider van dit toneelstuk, zal voor de afloop zorgen. Over het drukken van je boekGa naar voetnoot8. heb ik met Froben gesproken; hij antwoordt dat hij daartoe graag bereid is op dezelfde voorwaarden waarmee hij de Adagia drukte. Het ga je goed, machtige beschermheer. Bazel, 24 maart 1527 |
|