De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 12. Brieven 1658-1801
(2014)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd1736 Aan Germain de Brie
| |
[pagina 164]
| |
kend zijn, beroemd te maken. Ik zal er zeker voor zorgen dat je merkt dat ik deze gelegenheid niet voorbij heb laten gaan. Dat zal, als het jou goeddunkt, gebeuren wanneer ik met mijn annotatiesGa naar voetnoot4. klaar ben; telkens weer beweeg ik mij nu in deze tredmolen. Met de hulp van Christus ga ik enkele geschriften van ChrysostomusGa naar voetnoot5. vertalen, die nog niet door iemand zijn uitgegeven of vertaald. Wat jij me hebt opgestuurd zal ik hieraan toevoegen, met vermelding van je loffelijke verdiensten. Daarna zal de gelegenheid zich aandienen om de volledige Chrysostomus bij Froben in een prachtige uitgave te laten verschijnen.Ga naar voetnoot6. Hier kan men ervoor zorgen dat je werk nooit verloren gaat. Het werk waar ik hierboven over sprak, zal met Pasen gereed zijn, als ik blijf leven. Met het andere werk kun je zowel Froben als mij helpen. Veel geschriften zijn door anderen wat ongelukkig vertaald. Veel werken zijn nog niet verschenen. Ik heb een commentaar op de Handelingen bemachtigd dat beslist onecht is, verder een commentaar op de brief aan de Romeinen (echt) en op de brief aan de Hebreeën (onecht en vertaald). Eveneens twee homilieën op de brief aan de Filippenzen, maar deze zijn als ik mij niet vergis onecht en door mij al in een Latijnse vertaling uitgegeven.Ga naar voetnoot7. Bovendien een werk Contra Iudaeos, ongeveer twaalf homilieën waar nog niemand zich mee bezig heeft gehouden en ten slotte een commentaar op tweede brief aan de Corinthiërs. Als jij daarnaast in het bezit kunt komen van een werk dat nog niet is vertaald, moet je het vertalen of, als het vertaald is, controleren en in noten de fouten van de vertaler of uitgevers aangeven. Op deze manier zal het werk beter te verkopen zijn. Dit is mijn plan; als jij iets beters hebt, volg ik je. Laat mij daarom je bedoeling zo snel mogelijk weten. Ik houd niet op mij voor de humaniora in te zetten, hoewel ik zie dat deze wereld in een zekere barbaarsheid van Scythen vervalt, zo zelfs dat hij in geen enkel opzicht gezond is. Ik wens de illustere Johannes Lascaris allereerst van harte geluk met zijn goede gezondheid en vervolgens met zijn verblijf bij jou, zelfs als ik jou hiermee nog meer feliciteer. Als je niets schrijft, zal ik toch doen wat ik heb aangekondigd, wanneer de Heer mij gunstig gezind is. Ik denk dat het beter is je klacht over de drukkers achter te houden, hoewel hij terecht is; maar hij komt al lang voor en veel mensen delen hem met je. Was het maar mogelijk elkaar eens voor een gesprek te ontmoeten, mijn beste De Brie. Jou en je dierbare kameraadGa naar voetnoot8. wens | |
[pagina 165]
| |
ik het beste toe. Ik vraag mij af of onze vriendGa naar voetnoot9. vanuit zijn hol nog discussieert. Vaarwel. Bazel, [1525] |
|