De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 12. Brieven 1658-1801
(2014)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 156]
| |
1732 Van Juan Luis Vives
| |
[pagina 157]
| |
over het eten van vis,Ga naar voetnoot5. over de gelofteGa naar voetnoot6. en over de vier voorschriften in het werk met als titel PuerilisGa naar voetnoot7. hebt uitgegeven; de Puerilis lijkt voor kinderen geschreven, hoewel die zo'n belangrijk onderwerp beslist niet zullen begrijpen. Op enkele vragen geef ik een antwoord; ik weet niet of ik hen daarmee tevreden stel; zelf ben ik in elk geval niet tevreden, want mij lijkt de discussie helemaal niet te passen bij de plaats en de personages en jij maakt de indruk dat je de fatsoensnormen niet in acht hebt genomen. Daarom vind ik dat je dit niet had moeten doen, vooral omdat je veel mensen beledigt; je begrijpt wel wie dat zijn. Maar ik twijfel er niet aan dat je volledig overtuigd bent van je handelwijze; wees zo vriendelijk in de eerstkomende brief die je me stuurt, een of twee woorden daar aan te wijden om de bezorgdheid van mij en mijn vrienden weg te nemen. De Corte is gisteren uit Leuven gekomen. Hij vertelt me dat je vriend VincentiusGa naar voetnoot8. en GodschalkGa naar voetnoot9. op sterven liggen, dat BaechemGa naar voetnoot10. vaak door zware benauwdheid wordt bedreigd en de bedreigingen van dag tot dag erger worden; daarom vrees ik dat hij er niet van herstelt. Verder bericht hij dat Latomus in Kamerijk woont. Wat een verlies voor de universiteit, omdat zoveel en zulke sterke zuilen zijn omgevallen. Breng de hartelijke groeten van mij over aan je vrienden Rhenanus en Froben, en ook aan Cantiuncula, als hij bij jou is. Je moet de groeten hebben van Laurijn. Let op je gezondheid, mijn leermeester, en bewaar je sympathie voor mij. 6 augustus. Brugge, 1526 |
|