De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 12. Brieven 1658-1801
(2014)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 151]
| |
Desiderius Erasmus van Rotterdam groet de illustere koningin van Engeland Catharina, toonbeeld van de moedersHet is al meer dan twee jaar geleden, zeer vermaarde koningin, dat ik de hooggeachte heer William Mountjoy, kamerheer van uw hof, heb toegezegdGa naar voetnoot1. iets te zullen schrijven over de instelling van het christelijk huwelijk. Maar hoewel bij mij voortdurend de wens leefde wat ik beloofd had, te doen, werd ik toch zo dikwijls door talloze bezigheden, vervelende gebeurtenissen en ziekten van deze taak afgehouden of weggeroepen, dat ik begon te vrezen dat Mountjoy eraan twijfelde of ik mijn toezegging nakwam. Het is weliswaar laat dat ik dit doe, maar of het volledig is weet ik niet. Want mensen die hun schuld met een juist bedrag, maar met munten die een onjuist gewicht en ondeugdelijke samenstelling hebben, betalen, komen daarmee weg bij vriendelijke crediteuren; maar met lastige crediteuren krijgen ze onenigheid. Ik ben bang dat mij hetzelfde overkomt, afgezien van het feit dat ik met zeer welwillende en vriendelijke crediteuren te maken heb. Om te bereiken dat wat iemand schrijft, ook leeft, ademt en vervolgens samenhang vertoont, zijn bovendien toewijding en enthousiasme, als men dat steeds kan opbrengen, van groot belang. Nu is het is mij nooit gelukt twee dagen volledig bezig te zijn met een taak die ik op mij had genomen. Daarom zal het mij verbazen, als u aan de taal die overal zakelijk en beknopt is, geen aanstoot neemt. En indien ik bij het afschilderen van het huwelijk mij onvoldoende als een goede vakman heb bewezen, zal ik toch vanwege uw onberispelijke levenswijze een volmaakt voorbeeld kunnen vinden van een onverbrekelijk en bijzonder gelukkig huwelijk.Ga naar voetnoot2. Een verdenking van vleierij zij verre van me. Ik bewonder en prijs niet uw goede eigenschappen, maar de geschenken van God die u met u draagt. De heldhaftige deugden van uw moeder Isabella,Ga naar voetnoot3. eertijds koningin van Spanje, werden in het verleden over de hele wereld geroemd. Haar integere levenswijze was waarlijk op elke plek de goede geur van God.Ga naar voetnoot4. Uw gaven zijn mij van meer nabij bekend, waardoor ik ook van haar deugden hoog opgeef, zoals ik de vakbekwaamheid van een schilder aan zijn schilderij herken. Ook bij uw dochter MaryGa naar voetnoot5. verwacht ik een even volmaakt resultaat. Want wat zou ik niet kunnen verwachten van een meisje dat uit de meest deugdzame ouders is geboren en bij een dergelijke moeder haar opvoeding | |
[pagina 152]
| |
geniet? Ik bid de Heer dat hij wil dat dit geluk voor de christelijke wereld eeuwig duurt. Het ga u goed. Bazel, 15 juli 1526 |
|