De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 12. Brieven 1658-1801
(2014)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermdErasmus van Rotterdam groet de zeer geachte Jan Antonin van Košice, artsWeliswaar heb ik, mijn dierbare Antonin, door een briefGa naar voetnoot1. van de zeer geachte Johann Henckel de hoop op je terugkeer verloren, maar mijn verlangen naar mijn afwezige vriend is veel draaglijker geworden, sinds ik weet dat je door buitengewone gunsten en grootse beloningen van vorsten met je landgenoten bent verbonden. Bovendien ben je met een jonge vrouw getrouwd, die zich evenveel met haar voorbeeldige levenswijze als met haar schoonheid onderscheidt. Ze laat je niet wegvliegen en houdt je met een aangename boeiGa naar voetnoot2. vast. Er blijft ons niets anders over dan dat wij op deze manier, de enige die mogelijk is, elkaar op de hoogte houden. De volledige GalenusGa naar voetnoot3. is verschenen en spreekt in zijn eigen taal tot ons. Het begin ervan stuur ik je toe, dat ik heb vertaald om jonge mensen voor de studie geneeskunde enthousiast te maken en dat mij meer inspanning kostte dan je zou denken. De redenGa naar voetnoot4. zal ik je niet noemen, maar als het voor je zelf geen bezwaar is mijn tekst met het Grieks te vergelijken, zul je direct begrijpen dat het vertalen het kleinste deel van mijn werk was. | |
[pagina 107]
| |
Jouw parelGa naar voetnoot5. zal de lieflijke glans van je sneeuwwitte hart bij mij zeker niet laten verdwijnen. Ik begrijp heel goed waarop de Sebastiaan die ik van de predikerGa naar voetnoot6. kreeg zinspeelt, namelijk dat Erasmus is blootgesteld aan de pijlen van zijn critici. Ook van de illustere Krzysztof, paltsgraaf van Krakau,Ga naar voetnoot7. ontving ik talrijke geschenken, waarvan het geven of ontvangen zelfs een koning niet zou misstaan. Ik zal hun een voor een terugschrijven,Ga naar voetnoot8. maar wellicht zal dit werkje, als het gepubliceerd is, bij een of andere gelegenheid je sneller bereiken dan de brieven. Ik wens jou, mijn beste Antonin, en je lieftallige echtgenote alle goeds toe; ik hoop dat zij met jou op een gelukkige wijze ouder mag worden. Bazel, 28 april 1526 |
|