De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 11. Brieven 1535-1657
(2013)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd1624 Aan Thomas Lupset
| |
[pagina 240]
| |
komen en gaan van gezanten. Zijn aanleg was geschapen voor de Muzen, maar ik vrees dat zijn liefdesleven goeddeels de oorzaak van zijn kwaal is geweest. Ook Philippus Melanchthon heeft te lijden van dezelfde aandoening van slapeloosheid, naar men zegt.Ga naar voetnoot4. Bij zijn dood heeft hertog FrederikGa naar voetnoot5. hem duizend goudguldens nagelaten. Luther is in het huwelijk getreden met een bijzonder knap meisjeGa naar voetnoot6. uit de aanzienlijke familie Von Bora, maar, naar men vertelt, zonder bruidsschat. Zij heeft enige jaren geleden het leven als kloosterlinge opgegeven. Ja, ook Luther zelf heeft zich van zijn mantel en zijn filosofenbaard ontdaan, hiertoe gebracht door de aansporingen van zijn medebroeders. Thomas Grey woont bij mij, samen met zijn jongste zoon. Hij zegt dat in Engeland nieuwe ontwikkelingen onmogelijk zijn. Angst vormt een beletsel. De opstand van de boeren is zo goed en zo kwaad als het gaat tot bedaren gekomen, maar we hebben te maken met een hydra. Wanneer één onheil is verwijderd komen er andere voor in de plaats. De inspanningen die men zich getroost om tot hervormingen te komen zijn enorm, maar ik zie geen enkele vaste hoop op vrede. Ik prijs je gelukkig met het feit dat het je gegeven is vrij van alle beslommeringen te dartelen in de groene weiden van de Muzen! Ik word, op een leeftijd waarop gewoonlijk ontslag wordt verleend, gedwongen als strijder in de arena op te treden, sterker nog, ik word gedwongen ongewapend in mijn eentje het gevecht aan te gaan met vele wilde beesten, die niet alleen met tanden en klauwen, maar ook met vergif gewapend zijn. Ik heb Luther, dat wilde zwijn zoals men hem noemt, tegen mij opgezet. Hij heeft een weerwoord in voorbereiding, maar ik begrijp niet goed waarom hij de publicatie zo lang uitstelt.Ga naar voetnoot7. Karlstadt heeft hier, door heimelijk een aantal in het Duits gestelde geschriften te verspreiden, de mensen ervan weten te overtuigen dat er in de eucharistie alleen maar brood en wijn is. Deze misvatting heeft sneller vat gekregen op de geesten dan vuur overslaat op nafta. Huldrych Zwingli heeft in twee gepubliceerde geschriftenGa naar voetnoot8. aan die opvatting kracht bijgezet. Onlangs heeft Oecolampadius hetzelfde gedaan door een geschriftGa naar voetnoot9. te publiceren | |
[pagina 241]
| |
waaraan zoveel moeite is besteed en dat zo listig in elkaar is gezet, dat hij degenen die daarop zouden willen reageren een uiterst lastige taak heeft voorgeschoteld. Ik, die allesbehalve voor conflicten in de wieg gelegd ben, word dit gevecht ingeduwd. En terwijl ik op deze manier daarin verwikkeld ben, word ik toch beschouwd als een aanhanger van Luther en ben ik het mikpunt van schotschriften. Latomus heeft er drie tegelijk gepubliceerd, maar zonder mijn naam te noemen.Ga naar voetnoot10. Het doet allemaal heel voorkomend aan, maar met slinkse formuleringen heeft hij het op mij gemunt. Het onderwerp zelf behandelt hij oppervlakkiger dan ik zou willen of had verwacht, want ik steun zijn standpunt. Vier dominicanen, Vincentius, Duiveland, Govaert en Walter, hebben samen in het geheim een boek uitgebracht dat vol staat met meer dan platvloerse aantijgingen.Ga naar voetnoot11. Iets dommers of dwazers is ondenkbaar. In Parijs is plotseling een boek verschenen van Pierre Cousturier,Ga naar voetnoot12. ooit rabbi aan de Sorbonne, nu kartuizer monnik. Hij gaat werkelijk als een razende tekeer. Ik heb een reactie gegeven,Ga naar voetnoot13. maar ik heb spijt van de moeite. Tot nu toe heeft men tegen Luther alleen lijsten van betwistbare opvattingen gepubliceerd, maar tegen mij pakken zij uit met hele boekwerken, waarin zij duidelijk kenbaar maken hoeveel meer afkeer zij hebben van de schone letteren dan van Luther. Dit is de dank die de lieden mij gaven. Voor hun legerkamp ga ik de strijd aan met de vijand, en dat niet zonder gevaar voor eigen leven. Degene die nu mijn KarlGa naar voetnoot14. vergezelt is Jan Łaski, een Poolse graaf, die in zijn land van zeer hoge komaf is en binnenkort zal opklimmen naar de hoogste functies. Daar komt bij dat hij, afgezien van zijn uitzonderlijke geleerdheid, zo gemakkelijk, open en vriendelijk in de omgang is, dat het leven mij nu weer is gaan toelachen, omdat ik door het nauwe contact met hem als het ware weer jong geworden ben. Maar de afgunst van het noodlot zit aldus in elkaar. Als zich enig onheil aandient, dan blijft het eindeloos vastzitten en is het onmogelijk af te schudden. Maar als zich iets goeds voordoet, wat een zeldzaamheid is, wordt je dat, terwijl je er nog maar nauwelijks aan geproefd hebt, terstond ontnomen. Een hooggeplaatst persoonGa naar voetnoot15. heeft mij per brief verzocht voor jullie illus- | |
[pagina 242]
| |
tere koninginGa naar voetnoot16. iets te publiceren over de in acht te nemen plichten van het huwelijk, onder de indruk geraakt als zij is, zo schrijft men, door het boek dat ik heb uitgebracht over de vergelijking van de maagdelijkheid en het martelaarschap.Ga naar voetnoot17. Vives heeft zijn Maagd, echtgenote en weduweGa naar voetnoot18. aan haar opgedragen. Daarom vraag ik mij af wat zij nog meer wil. Niettemin zal ik haar ter wille zijn zodra ik dat gevecht over de eucharistie tot een goed einde heb gebracht. Karlstadt is na lange omzwervingen weer terug in Wittenberg en is, na tot inkeer te zijn gekomen, in de kerk aldaar opgenomen.Ga naar voetnoot19. Zie wat de evangelische genade vermag. Het ga je goed. 1525 |
|