1589a Van Gian Matteo Giberti aan Theodericus Hezius
Rome, 21 juli 1525
Hoogeerwaarde heer, etc. Datgene wat ik u toevoegde uit naam van de Heilige Vader toen u van hier vertrok, namelijk ervoor te zorgen dat onze Erasmus zou worden verlost van zijn Leuvense kleineerders, dat herhaal ik nu per brief - niet omdat ik denk dat deze kwestie aan uw aandacht is ontsnapt, waar het erom ging zijne Heiligheid of Erasmus zelf ter wille te zijn, maar enerzijds om aan Erasmus de verzekering te geven, door tussenkomst van zijn hier aanwezige bediende,Ga naar voetnoot1. dat aan u in deze kwestie opdrachten zijn verstrekt, anderzijds om aan u, dankzij deze toevallige omstandigheid, een brief te doen toekomen. Er is mij namelijk veel aan gelegen uw genegenheid en welwillendheid jegens mij in stand te houden, verplicht als ik daartoe ben. Vandaar dat u onze Heilige Vader een genoegen zult doen als u met de tact die u in deze kwestie noodzakelijk acht, de zaak zult opnemen met de betreffende personen, met als doel dat zij Erasmus met rust en ongemoeid laten, die veel goeds tot stand heeft gebracht en nog betere dingen tot stand zal brengen, zoals hij belooft. Wanneer u dat bereikt heeft, zou ik het op prijs stellen dat u dit aan mij hier en aan Erasmus zelf zou schrijven.
Zijne Heiligheid zal dit zeer welkom zijn, maar ook mij, zoals ik eveneens uitzie naar dat andere dat ik u verzocht had te regelen voor mijn bediende Giuliano, als u dat tenminste gemakkelijk, passend en correct kunt uitvoeren. Het ga u goed.