De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 11. Brieven 1535-1657
(2013)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd1589 Van Albert Pigge aan de theologen van Leuven
| |
[pagina 170]
| |
zijn vertrek van hierGa naar voetnoot1. de opdracht meegegeven die lieden uit zijn naam vriendelijk en in vertrouwen van advies te dienen, in de hoop dat zij daaruit lering zouden trekken en in het vervolg gematigder zouden spreken, zoals het theologen en geestelijken die de kloostergelofte hebben afgelegd betaamt, aangezien zij met name in die hoedanigheden zijn beschuldigd in deze kwestie. Maar aangezien de klachten van veel mannen van het grootste gezag, niet van Erasmus alleen, intussen onophoudelijk aanhielden (de hoogwaardige heer datariusGa naar voetnoot2. heeft mij hun brieven getoond), zou aan Erasmus inmiddels een zeer strenge apostolische breve zijn bezorgd, gericht tegen de Leuvense theologen die hem door het slijk halen, als ik niet toevallig op het juiste moment tussenbeide was gekomen. Omdat ik begreep hoezeer op deze wijze afbreuk zou worden gedaan aan de reputatie van uw faculteit, heb ik mij uit alle macht verzet, omdat ik er geen enkele twijfel over had dat die breve, zodra die van hier was uitgegaan, weldra de hele wereld over zou vliegen. Met de grootste moeite heb ik ternauwernood voor elkaar gekregen dat de breve werd tegengehouden. Mij is echter de opdracht gegeven in plaats daarvan aan uw universiteit een brief te schrijven met de boodschap er op alle mogelijke manieren voor te zorgen dat niet nog meer klachten vandaar ons bereiken. Ik kreeg eveneens de opdracht door middel van een brief Erasmus tevreden te stellen. Daarom heb ik het als mijn plicht beschouwd ook aan u, eerwaarde vaders, te schrijven en u erop te wijzen dat u rekening moet houden met uw reputatie, die wij hier met alle mogelijke middelen hebben proberen te redden en steeds met uiterste zorg hebben bevorderd. Die reputatie heeft forse schade geleden als gevolg van de eigenzinnigheid, laster en krenkingen van bepaalde lieden, en als gevolg van de aanhoudende tegen u gerichte klachten van anderen. U doet er naar mijn oordeel dan ook zeer verstandig aan degenen die onophoudelijk tot deze klachten aanleiding geven, te dwingen met meer terughoudendheid te spreken, en de heer Erasmus ten spoedigste per brief genoegdoening te verschaffen, zodat hij begrijpt dat hij in het vervolg niets van hen te vrezen heeft en dat de opdrachten die onze Heilige Vader te zijner behoeve heeft gegeven, bij u een gunstige uitwerking hebben gehad. Vervolgens zal hij u snel vergeven, en u bovendien zelfs in zijn brieven aanbevelen bij de hoogwaardige heer datarius en zijn overige vrienden hier, om te voorkomen dat door de schuld van enkelen schade wordt berokkend aan uw zeer vermaarde faculteit. Wat ik weet is dat hij, als u zult schrijven, zeer grootmoedig zal reageren, overeenkomstig zijn beminnelijke aard. Ik zal intussen, | |
[pagina 171]
| |
voor zover het in mijn vermogen ligt, niet aflaten uw reputatie, die ik ook als de mijne beschouw, te beschermen en te verdedigen. Het ga u voorspoedig, en neemt u deze in grote haast en niet met volle aandacht geschreven brief welwillend op. Ik werd namelijk in beslag genomen door vele bezigheden tegelijk, aangezien de koerier haast had en ik een groot aantal brieven tegelijk moest schrijven. Vanuit het apostolisch paleis, 12 juli 1525 Albert Pigge van Kampen, zeer toegewijd oud-student van u, mijne heren, geheim kamerheer van onze Heilige Vader Aan de eerwaarde vaders en zeergeleerde heren, de dekenGa naar voetnoot3. en de faculteit der theologie van de vermaarde universiteit van Leuven |
|