De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 10. Brieven 1356-1534
(2012)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd1505 Van Ferdinand van Oostenrijk
| |
[pagina 332]
| |
ketterijen, niet over schisma's, niet over deze of gene antichrist, en evenmin ontwaren wij de vleierij die uw brutaalste lasteraars u onder de neus wrijven; maar wij herkennen uw zachtzinnigheid en gematigdheid, die echt beantwoorden aan Christus' regels, en tegelijk waar het moet ook de censorstaf waarmee u aanwijst welke handelwijze passend is voor waarlijk christelijke pausen en vorsten. Omdat u dit zonder ophef doet, wordt er geoordeeld dat u een vleier bent van ons, maar dit oordeel stamt alleen van goddeloze ketters, lichtzinnige afvalligen, onbetrouwbare deserteurs. U moet maar denken dat dit u terecht overkomen is en dat u dit gemeen hebt, niet zozeer met koningen en prinsen (meen niet dat wij de belangen willen behartigen van onze eigen stand) maar met die allerheiligste kerkvaders van u; u hebt die met veel succes in alle opzichten nagevolgd, dus moet u ook hierin op hen lijken. U weet als de beste welke smadelijke behandelingen, welke folteringen, martelingen, beledigingen nog bitterder dan marteling en dood zij hebben doorstaan totdat die dag aanbrak die hen verloste van alle kwaad. Zo zult u voor al uw werk rijkelijk worden beloond in de hemel. Dus houd vol en werk dapper verder totdat u net als uw Paulus de wedloop hebt volbracht:Ga naar voetnoot1. want wij zien dat u dit soms wenst. Wij echter bidden dat dit later pas geschiedt, waardoor wij een overvloed kunnen krijgen van die auteurs en die leer die het dichtst de christelijke geloofsbelijdenis benaderen. Want u hebt ons niet alleen door u gezuiverde teksten geschonken van heel wat heilige kerkvaders die gestreden hebben tegen de ketters van de jonge kerk, maar u biedt ook hulp aan onze eigen tijd, die door vuile aartsketters zo ongelukkig gemaakt en door de echte revolutionairen in chaotische verwarring gebracht is. U doet dit samen met enkele anderen (want hun aantal neemt gestaag af), door duidelijk aan te geven hoe katholiek u zich voelt en wat er moet gebeuren. Moge Christus u daarom bewaren en ons de kans geven u te laten delen in onze welwillendheid. Want als u hiervan ooit een blijk ontvangen hebt, was die vast en zeker gering in verhouding tot uw verdiensten en zeer zeker geen erkenning van vleierij (zoals die lui u ten onrechte in de schoenen schuiven), maar wij wilden slechts uw studies op christelijk gebied bevorderen voor het algemene nut. Vandaag bieden wij u een blijk van onze welwillendheid aan: niet zo genereus als u verdient, maar in elk geval wel zoveel als in onze macht ligt. Begerig zien wij uit naar Irenaeus;Ga naar voetnoot2. van Froben zult u vernemen wat wij graag zouden zien wat betreft uw werkzaamheden. Gegeven in onze stad Wenen, 12 oktober 1524 | |
[pagina 333]
| |
Ferdinand In opdracht van de zeer doorluchtige vorst aartshertog Ferdinand, Jakob Spiegel |
|