1503 Van Georg van Saksen
Leipzig, [oktober] 1524
Georg, bij de gratie Gods hertog van Saksen, landgraaf van Thüringen en markgraaf van Meissen
Zeergeleerde Erasmus, onze groet en onze steun geven wij u. Wij hebben uw brief ontvangen tegelijk met uw geschrift over de vrije wil; aangezien u ons oordeel daarover verwacht kunnen wij niet anders dan eerlijk bekennen dat het werk ons zeer behaagt, en we twijfelen er niet aan dat het tot lof zal strekken van de christenwereld en de eeuwige groei daarvan met zich mee zal brengen. Maar wat voor vrucht het dragen zal bij de tegenstanders, is nog niet erg duidelijk; want wij vrezen dat ze hun oren gesloten hebben en doen als de slang die niet wil luisteren naar de stem van zijn bezweerder;Ga naar voetnoot1. men zegt ook dat hun antwoord nu zo ongeveer klaar is. Maar de zaak is gered, omdat discussie over deze kwestie niet van hen afhangt. Om u duidelijk te maken dat wij oordelen uit de grond van ons hart sturen we u hierbij een boekje van Luther zelf over de geloften;Ga naar voetnoot2. omdat hij daarover ook in de volkstaal afschuwelijke dingen heeft geschreven, heeft hij buitengewoon veel zielen gekwetst en uit hun klooster naar de hoeren gedreven. Dus om deze mensen hulp te bieden en ook anderen die zich nog wel aan hun geloften houden maar twijfelen, sporen wij u dringend aan om ook in deze zaak de opvatting te verkondigen van de oude kerkvaders en van de katholieke kerk, die zoveel eeuwen is nageleefd, en die te verdedigen en te vrijwaren voor goddeloze en onuitsprekelijke spitsvondigheden. Want zonder twijfel zult u God zelf als steun en helper hebben, en alle fatsoenlijke christelijke mensen zullen u bijvallen en dat vol blijven houden tot het einde. De verdorvenen evenwel zult u of tot betere oogst en inkeer oproepen of tot zwijgen brengen. Overigens hebben wij onlangs gereageerd op uw brief over Eppendorf.Ga naar voetnoot3. Dus wij verlangen van u hierop een antwoord.
Het ga u goed.
Leipzig 1524