De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 10. Brieven 1356-1534
(2012)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 320]
| |
1499 Aan Georg van Saksen
| |
[pagina 321]
| |
maar kon. Als het erom gaat dat ik tot nu toe geen enkele leerstelling van Luther in een speciaal daartoe geschreven pamflet weerlegd heb: Hilarius had veel langer gezwegen terwijl de arianen de wereld veroverden. Toch, als ik tijd ervoor had, zou ik u met duidelijke argumenten doen inzien dat ik niet anders had moeten doen dan ik gedaan heb en dat anders niet beter geweest was. Ook ben ik in al die tijd niet bang geweest om in mijn boeken stellingen te verkondigen die ver afwijken van de decreten van Luther. Ik heb aan paus Adrianus brieven geschreven over de mogelijkheden deze zaak zo in toom te houden dat hij niet opnieuw uitbotten zal.Ga naar voetnoot9. Wat men tot nu toe opgeschoten is met krijgsgeschreeuw en pamfletten tegen Luther, wat met censuur en edicten, weet ik niet. Maar als men besloten heeft dit kwaad de wereld uit te helpen met handboeien, verbrandingen en confiscaties, is hiervoor mijn hulp niet nodig. Hoewel ik noch van nature noch door training geschikt ben voor deze gladiatorengevechten, heb ik toch naar vermogen Gods kerk niet in de steek gelaten en ik zal dat ook nooit doen, vooral niet wanneer ik kan zien dat de kerkvorsten met oprechte liefde zorg willen dragen voor Christus' glorie en voor het heil van hun christenkudde. Maar als ik dat niet zie, zal ik toch altijd heel ver af blijven staan van de groep van Luther, zoals ik me altijd al opgesteld heb: dat weet ik zeker. Moge het uwe Hoogheid goed gaan. Bazel, op de feestdag van de heilige Mattheus, terwijl de bode aandringt Erasmus van Rotterdam, eigenhandig geschreven en voor de vuist weg Aan de zeer doorluchtige vorst Georg, hertog van Saksen, landgraaf van Thüringen, markgraaf van Meissen |
|