De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 10. Brieven 1356-1534
(2012)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 16]
| |
1358 Aan Pierre Barbier
| |
[pagina 17]
| |
schuldig verklaard hebben aan ketterij - want op dit terrein argumenteert Baechem beter dan in een collegezaal - maar hij is ter plekke bevrijd door de edelen van Holland. Hij was ketters omdat hij het waagde in discussie te gaan met Baechem. Ook CornelisGa naar voetnoot2. is in zijn vroegere positie hersteld, maar hij heeft lange tijd onverdiend te lijden gehad. Pas nu is ook mijn vriend NicolaasGa naar voetnoot3. in ere hersteld, een zeer rechtschapen man. Ongetwijfeld is de billijkheid van de paus deze mensen te hulp gekomen; maar hij zou nog juister handelen als hij die mensen zou ontwapenen die door hun gedragingen gehaat zijn bij allen, goeden en kwaden, vooral in een zo moeilijke kwestie. Die karmelietGa naar voetnoot4. met zoveel autoriteit wapenen, zeg nou zelf, was toch hetzelfde als het zwaard in handen geven van een gek? Ik zal mij onafgebroken zo gedragen, dat de afloop van dit alles duidelijk zal maken dat ik niets anders voor ogen heb dan de glorie van Christus en het publieke nut. Onlangs heb ik aan de paus geschreven,Ga naar voetnoot5. nog sneller dan voor de vuist weg, nogal vrij en misschien wel vrijpostig, maar zeker oprecht; ik was namelijk getipt over een zekere proost, kanunnik bij de heilige Donatianus in Brugge, een betrouwbare man die spoedig af zou reizen.Ga naar voetnoot6. Ik had nauwelijks tijd om over te lezen wat ik geschreven had. Ik heb goede hoop dat zijn vriendelijkheid dit vertrouwen van een eenvoudige geest goed zal opvatten. De huidige bode leek mij minder betrouwbaar: daarom houd ik het nu tamelijk beknopt, maar ik zal uitgebreider schrijven zodra ik iemand vind aan wie ik mijn brief veilig kan toevertrouwen. Vaarwel, mijn beste. Bazel, 17 april 1523 |
|