De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 9. Brieven 1252-1355
(2011)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 340]
| |
1345 Aan Herman Lethmaet
| |
[pagina 341]
| |
last hebben. Belangrijke personen moet je met ontzag benaderen, maar vooral degenen die de meeste macht hebben. Je dient voor iedereen vriendelijk te zijn, weliswaar niet op een onderdanige manier, maar zo dat je zonder arrogant te zijn je bewust bent van je waardigheid als theoloog. Een godsdienstige houding verdient ook aanbeveling. Over zaken die het hof aangaan, dien je niet al te vrij te spreken en niet direct naar voren te brengen wat jouw mening is. Als je een advies geeft, laat het dan eerlijk en zo min mogelijk schadelijk zijn. Als je gedwongen wordt partij te kiezen, ga dan naar de kant met het meeste succes. Als het kan, moet je je zo weinig mogelijk in de affaire Luther mengen. En als je iets doet, denk er dan altijd aan eerlijk te zijn. De talen en de humaniora dien je met kracht te beschermen. Want zij worden door Frans van der Hulst en Baechem meer vervolgd dan Luther. Dit zal je de sympathie van heel veel mensen opleveren, vooral van de jonge generatie die overal opgroeit. Deze storm zal ook niet lang kunnen duren. Het ga je goed. Deze brief die ik op jouw verzoek nogal vrijmoedig heb geschreven, moet je in het vuur gooien. Want ik bewaar geen kopie. Bazel, 21 februari 1523 Je toegenegen Erasmus
Ik was niet zeker van de voorvaderen van de aartsbisschop;Ga naar voetnoot8. anders had ik in het voorwoord meer hierover geschreven. Ik twijfelde of zijn vader kanselier was geweest of zijn grootvader. Niemand kon me zelfs zijn naam noemen. Opnieuw vaarwel. Aan de uitmuntende theoloog Herman Lethmaet van Gouda, in het gevolg van de keizer |
|