1322 Van Jan Stercke
Leuven, 24 november 1522
Ik groet je hartelijk. Hoewel jouw HilariusGa naar voetnoot1. van al wat bij ons gebeurt een levende brief van hier naar jou kan zijn, hoopte ik toch dat het je niet onaangenaam zou zijn, als ik je ook met deze korte brief liet weten, dat wij het allemaal goed stellen in ons of liever jouw Collegium Trilingue. Alles van het college verloopt ook van dag tot dag steeds voorspoediger, zodat men verder niets kan wensen dan wellicht ruimere lokalen. Over een paar dagen zullen de graven van Egmond,Ga naar voetnoot2. toekomstige medebewoners van ons, dit college met hun bezoek vereren. De zaak is geregeld. Toen dit vier dagen geleden werd verteld bij een lunch, waar de theologen zich zoals gewoonlijk vetmesten, waren ze allemaal als het ware met stomheid geslagen en zwegen ze lange tijd: op deze manier wensten zij ons geluk met onze gunstige successen. Ook andere edelen, zelfs van de hoogste rang, doen hun best bij ons te komen, maar er is niet genoeg plaats. Als je niettemin besluit een keer naar ons toe te komen, wordt zonder moeite een kamer klaargemaakt. Want meester Conradus,Ga naar voetnoot3. die nu de kamer bewoont die vroeger voor jou bestemd was,Ga naar voetnoot4. zal graag naar zijn oude hol terugverhuizen. Van Glapion, van wie al het lang onzeker was of hij overleden was of nog leefde, staat nu vast dat hij in Spanje is heengegaan. Ik hoor dat men niets tegen je onderneemt, maar de theologen oordelen arrogant over je. De rest vertelt Hilarius je persoonlijk. Vaarwel, sieraad en bescherming van ons. Leuven, 24 november 1522
Je eenvoudige dienaar en ondergeschikte Jan Stercke van Meerbeke
Aan de voortreffelijke theoloog Erasmus van Rotterdam, zijn patroon