De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 8. Brieven 1122-1251
(2011)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd1235 Aan Pierre Barbier
| |
[pagina 330]
| |
Thomas bij zijn bespreking van beide lezingen schrijft dat de lezing die door de Grieken wordt aangehouden, geen ketterse strekking heeft. Toch schaamde deze theoloog en karmeliet zich er niet voor op zijn leeftijd zo'n dolle uitspraak te doen tijdens een normaal college, een college theologie nog wel, alsof hij tegen boomstammen stond te praten in plaats van mensen. Hij verwaardigt zich niet te lezen wat ik schreef, en toch schaamt hij zich er niet voor uitspraken te doen over iets wat hij niet kent. Misschien had hij alleen maar tijdens een drinkpartij gehoord hoe mijn vertaling luidde. Ook denkt hij nu voor een kenner van de dialectiek door te gaan, omdat hij het over ‘het tegengestelde’ heeft. Hij hoorde na te gaan, niet wat de woorden op het eerste gezicht betekenen, maar hoe ze opgevat moeten worden en op welke personen ze toegepast moeten worden. Ten slotte: zelfs als je met de lezing twee kanten op kunt, wankelt de kerk niet, ook al blijft haar iets onbekend over de manier waarop de opstanding verloopt, bijvoorbeeld of allen zullen sterven, omdat Christus niet wilde dat wij wisten hoe die tijd zou zijn.Ga naar voetnoot4. Zoals hij tijdens een college is, zo is hij op de instituten, zelfs zo dat hij velen weerhoudt van de beoefening van de gewijde theologie door zijn moeilijk karakter. Kwam de eerwaarde heer van TortosaGa naar voetnoot5. maar terug om een eind te maken aan zijn onbeheerst gedrag! Ik heb Zúñiga geantwoord; het boek wordt nu gedrukt in Leuven.Ga naar voetnoot6. Zijn verhandeling viel zelfs bij Aleandro verkeerd, hoewel die hem in het begin wel aanstond. Om eerlijk te zijn heb ik spijt van de moeite die ik erin stak. Het Nieuwe Testament, dat ik met ongelofelijk veel inspanning heb verbeterd en uitgebreid, wordt voor de derde keer in Bazel gedrukt. Maar wanneer komt er een einde aan al deze tragedies? Zo niets anders, dan gaat intussen zeker toch de befaamde sereniteit van de christelijke geest ten onder en raken de liefhebbers van de studie en masse vervreemd van de gewijde literatuur. Zorg jij dat het goed met je gaat; anders zal ik je na je sterven, wat God verhoede, aanklagen wegens aangedaan onrecht, aangezien je niet kunt sterven zonder dat ik grote schade lijd.Ga naar voetnoot7. Uit Anderlecht, 23 september 1521 |
|