De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 8. Brieven 1122-1251

1224 Aan William Thale
Brugge, 13 augustus 1521

Erasmus van Rotterdam groet zijn vriend, de zeer illustere heer William Thale

Wanneer stop je eens met je geklaag dat ik je van de lijst met Willems heb afgehaald?^1. Thale mag zoveel ontbreken op de lijst als hij wil, hij was in elk geval nooit uit mijn gedachten. Overal waar ik ga draag ik een aandenken aan jouw genegenheid voor mij met me mee. Mocht het toch eens gebeuren dat we ons vroegere leven weer konden oppakken, en wat we in Ferrara zijn begonnen en kort daarop in Engeland hebben hervat, op een gelukkige manier konden vervolmaken! Mocht toch een of ander toeval, in jouw voordeel, je naar dat Brabant van ons brengen! Het klimaat in Leuven zul je zelfs prefereren boven het Italiaanse, waar je ooit zo van hield; het is niet alleen aangenaam, maar ook gezond. Nergens kun je rustiger studeren en geen andere plaats heeft een grotere opbrengst aan talent. Nergens zijn er meer of bereidwilliger hoogleraren. Als al deze voordelen je niet hierheen kunnen lok-

1. Verschillende vrienden van Erasmus hadden de voornaam Willem. Vgl. brieven 1184 en 1191 (laatste alinea). De vriendschap met Thale, ontstaan in december 1508 in Ferrara, zal enige tijd bekoeld zijn geweest, omdat hij in 1511 in Parijs een ongeautoriseerde uitgave van De ratione studii had verzorgd op basis van een handschrift dat Erasmus aan Richard Pace in bewaring had gegeven.

[p. 295]

ken: het is in ieder geval de reis waard dat je de pest in Engeland ontvlucht, die, naar ik hoor, niemand spaart. Het ga je goed.

Brugge, 13 augustus 1521