930 Aan Guillaume Budé
Mechelen, 21 maart 1519
Erasmus groet zijn vriend Budé
Op je laatste brief,Ga naar voetnoot1. zeer geleerde Budé, antwoord ik in het geheel niet; genoeg immers op deze manier gediscussieerd. Ik heb geen behoefte bij dit soort onderwerpen welbespraakt te lijken. Evenmin staat me een overwinning aan die gekocht wordt met het verlies van een vriendschap. Ik weet niet wat je van mij denkt. Ik zou niet aarzelen bij alles wat heilig is te zweren dat hier niemand is die over talent, stijl en geleerdheid van Budé gunstiger oordeelt of met meer bewondering spreekt dan Erasmus; ook al geef je (ik weet het) niets om mijn mening en heb je deze heraut niet nodig. Ongelofelijk hoe de muzenhaters bijna over de hele wereld als Kretenzers elkaars kant kiezenGa naar voetnoot2. en wat ze maar kunnen bij hun krijgsmacht voegen; des te meer moeten ook wij onderling eendrachtig zijn. Met de brief die kennelijk je ergernis opwekte,Ga naar voetnoot3. zal ik doen wat je wilt, vernietigen of afzwakken; of, als je dat liever wilt, uitleveren, zodat jij kunt beslissen hoe hij gestraft wordt. Het ga je goed.
Mechelen, 21 maart 1519