De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 6. Brieven 842-992
(2010)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermdDe eerwaarde vader Nicolas de Malaise, abt van Saint-Hubert, wordt gegroet door Erasmus van RotterdamDat tot nu toe nergens ter wereld de literatuur geringer aanzien heeft dan bij ons, zeer geëerde vader, eerbiedwaardig meer door uw reine levenswandel dan door uw hoge waardigheid, daarvan is volgens mij vooral dit de oorzaak: dat bij onze vorsten geen enkel respect te vinden is voor uitnemende talenten, terwijl bij de Duitsers, bij de Hongaren en Bohemers, ten slotte bij de Engelsen en Schotten de hogere studie wordt beloond en aanzien heeft. En toch gloort enige goede hoop dat onze streek binnenkort ook dit deel van de lof erbij zal krijgen, nu ik zie dat Érard, de zeer illustere vorst en zeer vrome bisschop van Luik, niemand met meer enthousiasme begroet dan mensen die zich aanbevelen door geleerdheid en een reine levenswijze. Als het gaat om dit soort verdienste, de klank van ook uw naam, een geur van ChristusGa naar voetnoot1. als het ware, verfrist en verkwikt de harten van allen die zich wijden aan de ware vroomheid en gewijde studie. Want hoewel u op geen enkel gebied niet doorluchtig en roemrijk bent - u staat immers ver af van de levenswijze van bepaalde lieden die slechts met weelde en paarden voor abt willen doorgaan - acht u niettemin niets belangrijker dan op alle mogelijke manieren de in verval geraakte godsdienstige discipline te herstellen en, eenmaal hersteld, verder uit te breiden en te verstevigen. Dat doet u niet zozeer door gezag te laten gelden als wel door het voorbeeld van uw levenswijze: geen andere manier is effectiever dan deze om het gedrag van ondergeschikten te verbeteren. U brengt uw tijd niet door met dobbelen, maar met het lezen van gewijde boeken, niet met de jacht, maar met gebed; met dagelijkse erediensten maakt u dat de dag, hoe lang ook, kort lijkt. Uw volgende streven evenwel is het in stand houden of in gang zetten van de studie van de gewij- | |
[pagina 141]
| |
de literatuur, aangezien uit die bronnen een vrome levenswandel voortkomt. Die uitnemende eigenschappen van u zijn geen valse schijn, maar ongeveinsd en echt. Dat blijkt hieruit, dat u wars bent van alle hoogmoed, u, die uitzonderlijke deugdzaamheid aan de dag legt op een zodanige manier dat u als enige onbekend lijkt te zijn met uw verdiensten. Dat pas is het kenmerk van een werkelijk christelijke geest, een die elke handeling van a tot z, zoals dat heet, afmeet aan de glorie van Christus, aan wie alle eer verschuldigd is. Door deze fakkels als het ware ben ik ontstoken in liefde voor u, eerwaarde vader, vooral omdat Paschasius Berselius met buitengewone genegenheid uw beeltenis afschilderde met het penseel van de taal. Daarom wilde ik dat een boekje waarin ik onlangs, in een paar dagen toen ik door ziekte aan huis was gebonden, inhoudsoverzichten bij alle brieven van de apostelen bijeenbracht, onder de bescherming van uw naam verscheen; niet omdat ik zou menen dat u het werk dat ik verrichtte behoefde, maar omdat het mij passend leek dat een boekje dat dient tot ware vroomheid werd opgedragen aan het voorbeeld van ware vroomheid. Wat hoort voor ons, na de grootsheid van het evangelie, belangrijker te zijn dan de brieven van de apostelen, die ons ook nu nog wonderbaarlijke vonkjes van die frisse, pas ontbloeide bezieling kunnen schenken? Verder lijken mij de inhoudsoverzichten van de Grieken door een onkundig iemand eerder te zijn samengeraapt dan samengesteld, zo zeer zelfs dat ik er vrede mee heb dat de vertaling die ik er ooit van maakte verloren ging. Die in de Latijnse handschriften in omloop zijn, afkomstig van een onbekend auteur, zijn nogal dor en mager. Tenzij ik me vergis, is mijn vertaling van de brieven van de apostelen heel wat duidelijker dan de eerdere waren, en ook preciezer. Ik voegde aantekeningen toe waarin heel wat moeilijke plaatsen worden opgehelderd. Ik probeerde ook met een parafrase duidelijkheid te verschaffen; daar ben ik onlangs aan begonnen en met Christus' wil zal ik het weldra voltooien. Binnenkort zal ik ook de commentaren voltooien waaraan ik ooit ben begonnen, als de hemelse goedgunstigheid mijn gebeden wil verhoren; daardoor zullen hopelijk meer mensen met enthousiasme naar deze heilzame teksten grijpen, waarvoor velen terugdeinzen vanwege de moeilijke taal, heel wat mensen vanwege de corruptheid van de handschriften, anderen vanwege de duistere inhoud. Het ga u goed, hooggeachte vader, en reken vanaf nu Erasmus onder uw beschermelingen. Leuven, vanuit het College van de Lelie. In het jaar 1518, 24 oktober. |
|