De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 6. Brieven 842-992
(2010)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermdPaus Leo X aan zijn beminde zoon Erasmus van Rotterdam, leraar in de heilige theologieBeminde zoon, groet en apostolische zegen. Wij schepten groot behagen in uw al eerder verschenen pennenvruchten betreffende het Nieuwe Testament; niet zozeer omdat ze aan ons waren opgedragen, als wel omdat ze blijk gaven van niet alledaagse, integendeel, van werkelijk ongekende en buitengewone eruditie, en volgens het oordeel van alle geleerden de hoogste lof verdienden. Wij waren zeer verheugd over het bericht dat ze onlangs door u herzien zijn en door toevoeging van nieuwe aantekeningen vermeerderd en verduidelijkt; uit de eerste editie, die volmaakt scheen, kunnen wij opmaken hoe deze zal zijn en van hoeveel nut ze zal zijn voor degenen die zich op de heilige theologie toeleggen, en voor ons rechtzinnige geloof. Gezegend zij u om deze gezindheid, en omdat het in het algemeen belang is dat u zich toelegt op een zo heilig werk, zie er zorgvuldig op toe dat het in het licht komt. De beloning die past bij zoveel inspanning zult u van God zelf ontvangen, maar van ons zult u een verdiende aanbeveling, en van allen die in Christus geloven voor altijd lof verwerven. Gegeven te Rome bij Sint Pieter. Onder de vissersring. Op de 10e september 1518. Het zesde jaar van ons pontificaat EvangelistaGa naar voetnoot1. |
|