840 Aan Mark Lauwerijns
Leuven, 29 april [1518]
Erasmus aan zijn vriend Mark, gegroet
De zoon van mijn vroegere, zeer oprechte vriend Batt, Cornelis Batt, heeft mij geschreven. De jongen is goed in zijn talen en behoorlijk geleerd, maar hij hinkt. Hij verlangt er erg naar in deze streek te verblijven, want in Groningen is hij ondermeester. Als hij eventueel naar je toekomt, kijk dan of hij je van nut kan zijn. Zo niet, stuur hem dan door naar Leuven. Ik wil beslist niet dat je vanwege mij, iets tegen je zin op je neemt. Vaarwel. Ik zal een andere keer wat uitvoeriger schrijven.
Leuven, 29 april